Het verhaal mag bekend worden verondersteld. Drie volwassenen en twee kinderen maken op uitnodiging van de steenrijke entrepeneur John Hammond een ritje door het reservaat uit de titel: een kunstmatige versie van Sir Arthur Conan Doyle’s The Lost World, bevolkt door dinosauriërs in allerlei soorten en maten.
De wonderbaarlijke comeback van de sinds honderden miljoenen jaren uitgestorven dieren is te danken aan het stoutmoedig doorbreken van het laatste wetenschappelijke taboe: genetische manipulatie. Dat het taboe maar beter intact had kunnen blijven, blijkt wanneer het beveiligingssysteem van het omheinde gebied het laat afweten en de carnivoren onder de sauriërs het oog laten vallen op dat wel heel makkelijk te verschalken hapje: de mens.
Dramatisch gezien is JURASSIC PARK geen partij voor Spielbergs all-time supertrio JAWS/CLOSE ENCOUNTERS OF THE 3RD KIND/E.T., laat dat meteen gezegd wezen. De film komt moeizaam op gang, werkt zijn plot rommelig af en onthoudt zijn karakters de nuances die het spektakel wat meer emotionele impact hadden kunnen geven. Meer dan een film is JURASSIC PARK een overweldigende kermis-attractie, waarbij personages en toeschouwers één point of view delen: dat van de waaghals voorin het voorste wagentje op de achtbaan. Je zou zelfs kunnen beweren dat de acteurs voornamelijk als stand-ins van het publiek in de zaal fungeren. In elk geval vertolken zij vlekkeloos en on cue onze emoties: verbazing, angst, opluchting.
Frappant is ook de parallel tussen het (fictieve) wetenschappelijk vernuft dat in het park werd geinvesteerd en de animatie-technische hoogstandjes die de film ongetwijfeld een Oscar zullen opleveren. Voor de gemiddelde leek doen de prestaties van Industrial Light & Magic waarschijnlijk zelfs nauwelijks onder voor die van Dr. Hammond, zo levensecht schrijden de dinosauriërs over het doek. Ook op dit punt gaat de bewondering van de filmpersonages voor het genie van hun gastheer gelijk op met die van de bioscoopbezoeker voor de regisseur.
Binnenkort zal aan de Universal Studio Tour in Los Angeles een op de film geënte attractie worden toegevoegd, en nu al wordt opgemerkt dat JURASSIC PARK eigenlijk niet meer is dan de commercial daarvoor. Dat is misschien wat boud uitgedrukt, maar de film zelf geeft wel alle aanleiding tot zo’n kanttekening. Wat bijvoorbeeld te denken van de scène waarin de camera langzaam langs een kast vol JURASSIC PARK-merchandise rijdt? Petje af voor de briljante marketing-strategie die hier bedreven wordt. Maar nogmaals: als kunstenaar hebben we Spielberg wel eens bezielder aan het werk gezien.
Copyright Steef de Koning. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #8, augustus 1993.