Met TRAIN TO BUSAN herinnert regisseur Yeon Sang-ho ons eraan hoe amusant een eenvoudige genrefilm kan zijn. Zombies en een trein: meer heb je niet nodig voor twee uur topplezier.
Zuid-Korea is goed in genrefilms. Neem bijvoorbeeld THE HOST (Bong Joon-ho, 2006): een ongecompliceerde monsterfilm die ritmisch doordendert zoals het in Hollywood nauwelijks nog gebeurt. Of films als MEMORIES OF MURDER (Bong Joon-ho, 2003) en OLDBOY (Park Chan-wook, 2003). De films hebben een onderwerp of thema dat misschien wel Hollywoodiaans aandoet (monster, politie, wraak), maar de uitwerking is telkens volstrekt uniek.
Het is dus goed nieuws dat, na een hiaat van enkele jaren, opnieuw meer Zuid-Koreaanse films de Nederlandse zalen bereiken. THE WAILING (Na Hong-jin) bleek vorig jaar een hybride genrefavoriet en belandde op de tweede plaats in Schokkend Nieuws’ traditionele jaarlijst. Aan het begin van dit jaar is het watertanden bij THE HANDMAIDEN – wéér van Park Chan-wook – en likkebaarden bij TRAIN TO BUSAN.
Inhoudelijk is het live action-debuut van Yeon Sang-ho niet zo vernieuwend, maar het oogt fris, dartel en energiek. Dat is een verademing in tijden waarin Hollywood verstrikt raakt in een onontwarbaar web van superheldenuniversums.
Om te genieten van TRAIN TO BUSAN hoef je geen encyclopedie aan personages te kennen en je geen zorgen te maken over de plaats van de film in de overkoepelende franchise. TRAIN TO BUSAN is wel een vervolg op Sang-ho’s animatiefilm SEOUL STATION uit 2016, maar je kunt ‘m ook zonder problemen als afzonderlijke film bekijken.
George A. Romero wist met NIGHT OF THE LIVING DEAD (1968) al dat de formule zombie + mens = angst werkt. Tientallen, honderden films volgden in zijn kielzog. Het angstaanjagende van zombies is de willekeur waarmee ze toeslaan. Een motief is er niet. Het is moorden uit instinct. Vaak blijft ook hun oorsprong onduidelijk. In TRAIN TO BUSAN wordt gehint dat een chemisch lek in een bedrijf de boosdoener is. Het kwade virusje kruipt zo onder de huid. Je raakt er niet meer vanaf.
Het hoofdpersonage uit TRAIN TO BUSAN werkt in het bewuste bedrijf. Dat is geen toeval, want al voor er sprake is van het virus heeft hij wel iets van een zombie. Seok Woo (Gong Yoo) is een egoïstische, overwerkte vermogensbeheerder, het type dat tot ’s avonds laat op kantoor zit en zijn moeder inschakelt als oppas voor dochtertje Soo-an (Soo-an Kim). Die is jarig en wil als verjaardagscadeau met de trein naar haar moeder. Want ja, die nieuwe Wii-box heeft ze al.
Zo checken vader en dochter in op de hogesnelheidstrein die ze in een uurtje van Seoul naar Busan moet brengen. Vlak voor de deuren sluiten, springt er ook een zieke dame de trein op. Niet veel later zien we hoe ze in een zombie verandert en de eerste passagier aanvalt. Nog voor de kaartjesknipper aan zijn ronde kan beginnen, is een hele wagon al geïnfecteerd.
De eenvoud van het spoor is de kracht van TRAIN TO BUSAN. Zodra de trein vertrokken is, zitten zowel regisseur als personages met een probleem: ze kunnen er niet meer af. Sang-ho speelt af en toe vals door tv-beelden te laten zien van de zombieplaag die zich vanuit Seoel over heel het land uitstrekt, maar focust zich grotendeels op het gebeuren in de trein. Stoppen kan de trein niet. Op elk perron staan hordes zombies klaar om ramen en deuren in te beuken op zoek naar mensenvlees. De beperking tot één locatie helpt de film een strakke focus te bewaren. Wie wel eens moppert op het slakkengangetje waarmee onze treinen over het spoor sluipen, had zich een kaartje voor de trein naar Busan gewenst. Die davert immers in een rotvaart verder – en dan bedoelen we zowel de trein als de film. Het gaat in volle vaart vooruit. Tijd om wissels te nemen is er niet.
Genrefans weten dat zombies in twee maten en gewichten komen: de slome en de snelle. De zombies uit TRAIN TO BUSAN behoren tot de snelwandelaars. Ze waggelen niet slaapdronken door de coupés, maar snellen energiek op hun slachtoffers af. Maar hoe snel ze ook zijn, erg slim zijn ze niet. Eén gesloten coupédeur en de zombies zijn het spoor bijster. Duisternis veroorzaakt dan weer zombieblindheid.
Zoals vechtersbaas Iko Uwais zich in THE RAID (Gareth Evans, 2011) een weg naar de bovenste verdieping van een flatgebouw moest beuken, of zoals de passagiers in SNOWPIERCER (Joom-ho Bong, 2013), zo moeten de personages in TRAIN TO BUSAN zich door de trein een weg banen naar de voorste wagon. Meevaller: een meegereisd baseballteam heeft een voorraad knuppels bij zich die goed van pas komt. Zo’n bat past immers perfect diep in de mond van een zombie.
Dat TRAIN TO BUSAN in wezen een op Amerikaanse leest geschoeide actiefilm is, blijkt op meerdere fronten. De raid door de trein, van coupé naar coupé, toont de vergaming van het medium film. Elke coupé is als een nieuw level van het spel. De personages zijn wandelende (en rennende) karikaturen die zich indien nodig ontwikkelen in de te verwachten richting. Zo hoeft het niet te verbazen dat Sok-woo van egoïstische zakenman verandert in verantwoordelijke vader.
Ook het nodige sentiment wordt niet geschuwd. Daar zorgt de aanwezigheid van een hoogzwangere vrouw wel voor. Wie wil kan de film ten slotte zien als een milde kritiek op de ongelijkheid in de Zuid-Koreaanse maatschappij waarin alle mensen gelijk zijn, maar sommigen meer dan anderen.
Wat TRAIN TO BUSAN dan toch van de gemiddelde Amerikaanse productie onderscheidt, is de frisheid, de inventiviteit en de gedurfdheid (het einde!) waarmee de clichés aangepakt worden. Het plezier dat van TRAIN TO BUSAN spat, voel je als kijker. Deze film loopt als een trein. Dat is zowaar om vrolijk van te worden.
Of dat ook zo blijft, valt nog te bezien. Films als TRAIN TO BUSAN worden vaak het slachtoffer van hun eigen succes. Na in eigen land acht maanden in roulatie te zijn geweest, bracht de film tien keer zoveel op als hij kostte. In vergelijking met een matig presterende mastodontproductie als WORLD WAR Z (Marc Forster, 2013) is de rekensom snel gemaakt en dus zijn er plannen voor zowel een sequel als een remake.
Het vervolg zou naadloos aansluiten bij het einde van de eerste film en onder meer de Koreaanse ster Song Joong Ki aan de cast toevoegen als wetenschapper op zoek naar een antidotum voor het zombievirus. Maar is dat wel zo’n goed idee? Hebben we behoefte aan een verklaring? Aan een oplossing? Aan uitleg?
Over de remake is minder bekend. Misschien is het een goed teken dat grote studio’s als Fox en Sony het moesten afleggen tegen het kleinere Gaumont. Maar te vrezen valt toch dat de remake niet half zoveel zorgeloos zombieplezier zal opleveren als het origineel. Onze tip voor de Amerikanen: houd het simpel. Dat doen die domme zombies in TRAIN TO BUSAN immers ook.
Distributie Splendid Film (NL 30 maart, BE al uit). Herpublicatie van Schokkend Nieuws #124. Copyright Hans Dewijngaert. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 29 maart 2017.
TRAIN TO BUSAN zien? Op 1 april draait hij op ons jubileumfeest in Kriterion!