Bij een kostuumdrama denk je waarschijnlijk niet direct aan Park Chan-Wook. De regisseur van OLDBOY, THIRST en STOKER zet het genre in THE HANDMAIDEN echter met gemak naar zijn – humoristische, perverse, decadente – hand.
THE HANDMAIDEN is gebaseerd op Fingersmith van Sarah Waters. Het boek uit 2002 speelt zich af in Engeland in het Victoriaanse tijdperk en gaat over Sue, een meisje uit een dievengezin dat in dienst treedt als kamermeisje van Maud, het nichtje van een obsessieve boekenverzamelaar. Sue spant samen met een oplichter. Ze proberen Maud te verleiden tot een huwelijk, zodat hij haar fortuin kan bemachtigen. Althans, zo lijkt het, want het boek, een heerlijke pastiche van gothic novel en Dickens, met een lesbische twist, heeft de ene onthulling na de andere voor je in petto.
Park Chan-Wook verplaatst het verhaal naar Korea, in de periode dat het land door de Japanners werd bezet. Sue wordt Sook-Hee, Maud is nu Lady Hideko. De oplichter is een arme Koreaan die ziet voordoet als de Japanse graaf Fujiwara. De oom, hier Kouzuki genaamd, heeft in de film een zwarte tong van de inkt en is nog verwerpelijker dan hij in de verbeelding van Waters al was. Net als het boek is de film onderverdeeld in drie delen. Maar waar deel één nog vrij trouw het boek volgt, kiest Park daarna steeds meer zijn eigen weg. Ook in de setting maakt Park sterke eigen keuzes. De oom van Lady Hideko is namelijk een Koreaan die eigenlijk liever Japanner was geweest. Hij trouwde daarom ook met een rijke Japanse – via haar is hij ook Hideko´s oom – die bungelend aan de kersenboom haar leven eindigde. Het is door zijn gedweep met alles wat Japans is dat hij gevoelig is voor de charmes van Fujiwara. De obsessie met Japan blijkt ook uit zijn woning: een wonderlijke kruising van Engelse en Japanse stijlen, die wordt ingezet als een soort theaterdecor met onvermoede hoekjes, lagen, en kijkgaatjes. De dialogen in de film zijn deels in het Japans, deels in het Koreaans. Dit voegt nog een extra laag toe. Welke taal een personage kiest zegt vaak iets over de motivatie en de oprechtheid. En dan is er nog de Japanse verrassing die Park aan het einde van de film in petto blijkt te hebben…
Kim Tae-Ri en Kim Min-Hee spelen respectievelijk Sook-Hee en Lady Hideko. Het zijn ingewikkelde, gelaagde rollen, waarin de actrices allerlei tegenstrijdige dingen onder het oppervlak moeten suggereren. Tae-Ri zorgt ervoor dat je meeleeft met de niet al te snuggere oplichtster Sook-Hee die geleidelijk begint te vallen voor haar doelwit. En Min-Hee is heel goed in de rol van iemand die haar gevoelens heeft leren onderdrukken, maar de controle over haar gezicht af en toe laat vieren. De oom verzamelt pornografische boeken en dwingt Lady Hideko uit zijn collectie voor te lezen tijdens door hem georganiseerde soirees. Het is een hele opvoering, met rekwisieten en al. De getoonde scènes uit de boeken balanceren op een oncomfortabele grens. Aan de ene kant zijn ze bedoeld om de perversiteit van de oom te tonen. Aan de andere kant is het uiteindelijk Park die alles in scène zet. ‘Is dat De Sade?’, vraagt een toehoorder. ´Het is De Sade-achtig,´ antwoordt de oom – en dat voelt als een knipoog van Park aan zijn publiek.
Er zijn drie seksscènes tussen de twee vrouwen. De eerste is nog bescheiden. De tweede is al een stuk explicieter, en laat een versie van lesbische seks zien die waarschijnlijk vooral in de hoofden van heteroseksuele mannen bestaat. En de derde is een sadomasochistisch tableau dat zo in één van de boeken van de oom had kunnen staan. Het lijkt zelfs op een eerder door Hideko voorgelezen scène. Dat zorgt voor een vreemde spanning. Kim Tae-Ri en Kim Min-Hee creëren personages van vlees en bloed, vrouwen die vechten voor hun individualiteit – maar met elke seksscène is het alsof de regisseur ze bewust weer tot objecten en beelden reduceert. Is het wellicht een plaagstoot naar de kijker die de eerdere scènes misschien wel sexy vond? Is het een manier om de kunstmatigheid te benadrukken? Je zou het zelfs als allegorie kunnen opvatten: Park regisseert zijn actrices, zoals de oom van Hideko regisseert. Park zelf, vertelde hij in een interview, ziet het als het ombuigen van trauma tot plezier. Een onverwacht oprechte verklaring, over een film die juist heel ironisch, gestileerd en afstandelijk is Park lijkt wel veel plezier te scheppen in het in beeld brengen van gruwelijkheden. Hoe je de scène ook interpreteert: het is dankzij de actrices dat de personages zich blijven onttrekken aan volledige objectificatie: dankzij hen blijf je onder de porno de menselijkheid zien.
THE HANDMAIDEN is vooral een lust voor het oor en het oog. De muziek van Cho Young-Wuk, die al vaker met Park samenwerkte, is orkestraal, romantisch en groots met af en toe een hysterisch randje. De beelden, met overvloedige aandacht voor elke vouw en elk knoopje van elke jurk en handschoen, vol verdubbelingen en spiegelingen en trage onthullingen, maken de film nu al een van de meest visueel indrukwekkende films van het jaar.
Hoe zal een arthouse-publiek met weinig voorkennis reageren? THE HANDMAIDEN heeft alle kenmerken van een traditioneel kostuumdrama – prachtige decors en aankleding, een historische setting, een in het begin vrij gedragen tempo – maar dan komt de genre-aap uit de mouw (met verve). Het is te hopen dat het geschokte publiek blijft zitten – en dat mensen die op zoek zijn naar Schokkend Nieuws zich een keer durven te wagen aan een film waarin inkt net zo belangrijk is als bloed.
Distributie Cinéart. BE 14 december 2016, NL 2 februari 2017. Copyright Hedwig van Driel. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 9 februari 2017.