Een existentiële slasher, bestaat er zoiets? Nu wel. IN A VIOLENT NATURE van Chris Nash, te zien op Imagine Fantastic Film Festival, zet het subgenre op zijn kop zonder de klassieke conventies uit het oog te verliezen. Het levert een merkwaardige, fascinerende en gelukkig ook bloederige film op.
Net als de western wordt de slasher om de zoveel tijd dood verklaard. En net zoals de western altijd weer terugkeert, blijven er films gemaakt worden rondom gestoorde moordenaars die gewapend met vlijmscherp tuingereedschap jacht maken op onnozele jongelui. In het geval van de slasher is het cynisme over de houdbaarheidsdatum begrijpelijker dan bij de western, dat samen met horror zo ongeveer het langstlevende genre is.
Het is veelzeggend dat BLACK CHRISTMAS (Bob Clark, 1974), de film waarmee het allemaal begon, en HALLOWEEN (John Carpenter, 1978), de film die zorgde voor de stroomversnelling die uitmondde in de slasherfilmexplosie van de jaren tachtig, nog altijd te boek staan als de beste werken die het subgenre te bieden heeft. In ieder geval superieur aan de eerste golf slashers die na FRIDAY THE 13TH (Sean S. Cunningham, 1980) de bioscopen overstroomde. Het recept was simpeler dan dat van gebakken ei. Neem een blik onbekende jonge acteurs, verzin een brute moordenaar, zoek een afgelegen of verlaten locatie, koop een paar emmers bloed, even roeren en presto! Waarom moeite doen voor een originele draai aan de formule, als de formule zo goed werkt in al zijn simpelheid? Nou, omdat anders de klad erin komt en dat gebeurde zo snel dat het genre nog voor het einde van dat succesdecennium goed en wel op zijn gat lag.

De wederopstanding die werd ingezet met SCREAM (Wes Craven, 1996) toonde aan dat de nieuwe generatie filmkijkers meer verwachtte dan een simpel hak-en zaag-verhaaltje. De tweede slashergolf introduceerde meer plottwists en vooral veel metagrapjes die de ‘klassieke’ slasher op de hak namen. Enkele zeer geslaagde voorbeelden daarvan zijn TUCKER & DALE VS EVIL (Eli Craig, 2010), THE CABIN IN THE WOODS (Drew Goddard, 2012), THE FINAL GIRLS (Todd Strauss-Schulson 2015) en HAPPY DEATH DAY (Christopher Landon, 2017), stuk voor stuk films die in navolging van SCREAM ervan uitgaan dat de kijker de clichématige conventies van de slasherfilm kent en zodoende moet lachen als die conventies worden bespot of ondersteboven gekeerd.
Maar wie heden ten dage nog een roestige stuiver wil verdienen met zo’n typisch ouderwetse slasher, moet van heel goede huize komen. Je zou kunnen stellen dat er met Art the Clown in de TERRIFIER-films weer een klassieke slasherschurk is opgestaan, maar zijn kills zijn dusdanig wreed en lang uitgesponnen dat zijn bloederige handwerk eerder thuishoort op het terrein van de torture porn dan dat van de jaren-tachtig-slasher. Daarom is het des te indrukwekkender dat IN A VIOLENT NATURE, het speelfilmdebuut van de Canadese Chris Nash, durft terug te keren naar de overbekende roots van het genre. Met een twist weliswaar, maar die is zo briljant in zijn eenvoud dat je je afvraagt waarom niemand het eerder heeft verzonnen. Want ditmaal volgen we niet de capriolen van potentieel slachtvee in een vakantiehuisje, terwijl de moordenaar ergens in de wouden onzichtbaar op hen loert. Het is precies andersom: de hoofdmoot van de film lopen wij, de kijkers, achter Johnny aan, een seriemoordenaar die uit zijn doodssluimer is gewekt door een half dozijn vakantievierende jongeren.
Filmkijkers negentig minuten opschepen met een zwijgende killer als protagonist, je moet het maar durven. En dan ook nog zonder de begeleiding van een soundtrack of enge geluidseffecten. Het gevoel van vervreemding slaat dan ook al meteen in de openingsminuten toe als Johnny doodkalm door het bos sjokt, op zoek naar de onverlaten die hem gestoord hebben. Alle achtergrondinformatie over de historie van onze ‘held’ krijgen we als hij toevallig binnen gehoorafstand is van iemand die iets vertelt. Dat gebeurt bijvoorbeeld in een clichéscène waarin Johnny’s droevige geschiedenis aan het kampvuur als broodje aap-verhaal uit de doeken wordt gedaan door een van de kampeerders, terwijl het onderwerp hen gadeslaat vanuit de bosjes. We hebben het duizend keer eerder gezien, maar door de stijl voelt het toch vreemd nieuw en fris aan. Ook prettig is dat het oninteressante geklep van Johnny’s prooien zo tot een minimum wordt beperkt, want uiteraard zijn ze oversekst en niet al te snugger, zoals dat hoort volgens de aloude traditie.

Nash heeft laten weten dat hij zijn inspiratie vooral heeft gehaald bij filmmakers als Gus van Sant en Terrence Malick, exponenten van de ‘langzame cinema’. Veel statische long takes, langer dan gebruikelijk met de camera een personage volgen… ‘It’s lulling you into a sense [that] the danger isn’t quite there,’ zegt Nash.
Dit zal ook voornamelijk de reden zijn dat er kijkers vroeg gaan afhaken, want de film neemt ruim de tijd voordat het onvermijdelijke bloedbad losbarst. Maar dat is er dan weer wel eentje van memorabele kwaliteit. Zonder al te veel te verklappen: het moment dat iemand yoga gaat beoefenen is het extreem gewelddadige startschot van een reeks brute kills die het wachten waard is geweest. Want ook voor de moordscènes kiest Nash voor de langzame weg en trekt rustig een paar minuten uit voor het om zeep helpen van een onfortuinlijk personage. Om dan weer lekker de rem in te trappen voor een welhaast existentiële scène waarin we eindelijk getuige zijn van Johnny’s gevoelige kant. Nogmaals, je moet het maar durven. Maar juist die aparte keuzes maken van IN A VIOLENT NATURE een unieke slasherervaring. Het is allemaal volstrekt vertrouwd en toch volkomen anders. Ja, er is een final girl, maar de manier waarop zij het verhaal verlaat is volkomen origineel. Dat slot is gek genoeg de eerste keer dat de film écht spannend wordt op het moment dat Nash zijn aanpak volledig tot zijn recht laat komen. We hebben het blikveld van Johnny verlaten en volgen nu de enige, doodsbange overlevende. Omdat wij Johnny beter kennen dan zij weten wij hoe terecht haar vrees is. Maar waar gaat het gevaar vandaan komen? En is er nog wel gevaar? Kijken we nu naar een climax of toch een anticlimax?
Als Andrej Tarkovski ooit een slasherfilm gemaakt zou hebben, dan zou die weleens heel dicht bij IN A VIOLENT NATURE in de buurt kunnen komen. Een karakterstudie van een seriemoordenaar die geen woord zegt, slechts begeleid door het getjirp van bosvogels. Als dit de toekomst van de slasherfilm is, dan hoeft het genre nog lang niet dood te worden verklaard. En geen nood, op de Comic Con in San Diego werd afgelopen juli aangekondigd dat er een vervolg in de maak is. Laat die Johnny dus maar lekker doorsjokken!