Dat de waarde van de titel ‘master of horror’ gemakkelijk devalueert blijkt uit de inclusie van Ernest Dickerson, die één matige (DEMON KNIGHT) en één ronduit erbarmelijke (BONES) horrorfilm op zijn naam heeft staan.
Hier lijkt hij aanvankelijk nog aardig over de brug te komen. De eerste helft van The V Word, naar een verhaal van Mick Garris, is verrassend sfeervol: twee jongens dringen ’s nachts voor de lol het mortuarium binnen. Dickerson bouwt de spanning langzaam op en maakt van het lijkenhuis een creepy doolhof. Zodra vampier Ironside ten tonele verschijnt, komt de plot in een stroomversnelling en wordt duidelijk waarom die eerste helft zo behoedzaam werd opgebouwd: er valt simpelweg niet genoeg te vertellen voor een uur. Twee pubers die worstelen met vampirisme, daar kan Dickerson niet mee uit de voeten. Was ‘ie maar in dat lijkenhuis gebleven…
Copyright Roel Haanen. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in SN#73, voorjaar 2007.