Iets minder superheld, iets meer mens. Dat moet het uitgangspunt zijn geweest voor Wolverine-nieuwe stijl, vanaf deze week te zien in THE WOLVERINE. Maar is een menselijkere held per definitie ook een interessantere held?
Het begin van Wolverine’s (Hugh Jackman) tweede zelfstandige avontuur na X-MEN ORIGINS: WOLVERINE (2009), doet in zijn knoestige eenvoud denken aan een oude John Carpenter-film. We treffen onze held als een woestharige caveman die in woede ontsteekt wanneer een stel jagers een grizzlybeer dodelijk verwondt met een giftige pijl. In het plaatselijke café waar de heren een pilsje op de ‘goede’ afloop drinken, gaat hij verhaal halen. Onder regie van Carpenter en met Kurt Russell als held zou de daaropvolgende knokpartij met een flinke dosis ironie zijn afgewikkeld, maar THE WOLVERINE is een bloedserieuze film (sort of) en dus valt er niks te lachen.
Onze held lijdt. En dat vooral onder regelmatig terugkerende dromen waarin hij wordt bezocht door zijn geliefde Jean Grey (Famke Janssen), als Phoenix ooit lid van The X-Men, maar sinds X-MEN: THE LAST STAND (2006) niet meer onder de levenden. De hoop op een hereniging in het hiernamaals is klein, want Wolverine is immers onsterfelijk. Dat begrepen we al uit de overigens met knappe trucages opgetuigde proloog waarin hij, samen met een Japanse soldaat, de atoombom op Nagasaki overleeft.
Die Japanse soldaat keert in het verhaal dat zich in het heden afspeelt terug als doodzieke hoogbejaarde miljardair, die nog lang niet ten grave wil worden gedragen. Geld vermag een hoop, maar biedt geen garantie op het eeuwige leven. En dat is nu precies waar de levensmoede wolfman van pas komt. Door in te pluggen op Wolverine’s adamantiumskelet is het mogelijk zijn onsterfelijkheid inclusief speciale gaven te absorberen. De Japanner heeft er de geschikte apparatuur voor. Probleem is alleen dat als puntje bij paaltje komt, Wolverine toch liever superheld blijft.
Regisseur James Mangold moet net als Wolverine zelf geworsteld hebben met een dilemma. Hoe houd je de existentialistische worsteling van je hoofdpersoon in evenwicht met de eisen van een knokspektakel dat de concurrentie moet aangaan met andere zomerblockbusters? Dat Mangold er niet is uitgekomen ligt niet zozeer aan een tekort aan inlevingsvermogen bij Jackman als wel aan het slepende verhaalverloop, de clichématige typering van de Japanse personages en de banale dialogen. Geslaagder is het handjevol set pieces waarin Wolverine doet waarvoor hij ooit door aartsvader Stan Lee gecreëerd is; knokken op bovenmenselijk niveau. De scène bovenop een met driehonderd kilometer per uur voortrazende bullet train is er een fraai voorbeeld van en helpt de film, samen met de eerder aangestipte proloog, op het nippertje aan een voldoende.
DI: Warner Bros. Copyright Phil van Tongeren. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 25 juli 2013.