Wanneer de openingstitels van een horrorfilm worden ondersteund door dik aangezette geluidseffecten, dient de kijker op zijn hoede te zijn; zo’n trend wordt vaak de gehele film doorgezet en voor je het weet krijgt iedere plotselinge verschijning of beweging een meer dan gemiddeld aantal decibellen met zich mee. De geluidstechnici hadden zich ook bij het Zuid-Afrikaanse SLASH (Neil Sundstrom, 2002) de moeite kunnen besparen; spannender wordt deze uiterst amateuristische tiener-horrorfilm er niet op, met of zonder geluidseffect.
Bovendien kent de film al genoeg herrie; de titel slaat op de naam van een vijfkoppige rockband die hard aan de weg timmert (en de kijker verveelt met langdurige stukken muziek, soms met de lengte van een videoclip). Wanneer de tante van bandleider Mac (James O’Shea) komt te overlijden, betuigen alle leden hun steun door de familie te bezoeken in een afgelegen plattelandsdorpje. Het toeval wil dat daar zojuist twee jongeren zijn verdwenen. Een familiaire sfeer treffen ze er ook al niet aan: vader Jeremiah (Steve Railsback, die eerder de lugubere titelrol in ED GEIN vertolkte) heeft een nogal morbide gevoel voor humor en de verhalen rondom het sinistere verleden van de ook al overleden opa zijn in mysterie gehuld. Mac zelf krijgt naargeestige flashbacks, waarna de bandleden stuk voor stuk verdwijnen. Net als de kijker, die zich dan al ruim een uur door stompzinnige dialogen en achterlijke vertolkingen heen heeft geworsteld, lijkt niemand van de bandleden daar rouwig om te zijn. Veel liever vervangen de jongeren uit SLASH hun ‘verdriet’ met de gedachte aan seks. Dat is in het slashergenre immers belangrijker dan waterlanders. RUBEN VAN EIJL x Copyright 2003 Ruben van Eijl. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #58, p34.