RECENSIE

The Pyjama Girl Case(1977)

Na eerder vier gialli in The Giallo Collection te hebben uitgebracht (zie SN #57), slaat het Amerikaanse label Blue Underground van genrefan en filmregisseur William Lustig opnieuw toe met een voor Italofielen in alle opzichten verplicht pretpakket. Uw eigen dottore dell’orrore liet zijn licht schijnen over twee van de vier nieuwe krakers uit de BU-collectie.

[Gezamenlijke bespreking van THE PYJAMA GIRL CASE en THE FIFTH CORD]

Met deze nieuwe editie van The Giallo Collection wordt in één klap obscuur werk verkrijgbaar van twee regisseurs die buiten Italië volslagen onbekend zijn, maar in hun vaderland door collega’s, publiek én critici werden gewaardeerd. Neem Flavio Mogherini (1922-1994), een man die in Italië bekend stond om zijn enorme staat van dienst als decorontwerper, production designer en art director. Hij werkte bepaald niet met de minsten: Federico Fellini, Pier Paolo Pasolini en Carlo Lizzani. Mogherini’s werk valt te bewonderen in uiteenlopende films als FELLINI SATYRICON (waarin het klassieke Rome een oogverblindende reconstructie kreeg) en ACCATONE, waar hij juist zo dicht mogelijk bleef bij het sobere leefklimaat van de Romeinse arbeidersklasse. Sommige SN-lezers zullen zijn werk kennen van Italiaanse peplums (met als beroemdste voorbeeld LE FATICHE DI ERCOLE/HERCULES, 1959) of van zijn pop-art-decors voor Mario Bava’s DIABOLIK (1968). Maar ook als regisseur stond Mogherini zijn mannetje. Dik na zijn vijftigste maakte hij met LA RAGAZZA DAL PIGIAMA GIALLO/THE PYJAMA GIRL CASE (1978) een van de somberste gialli van de jaren zeventig.

De film is gebaseerd op een waar gebeurde misdaad. In 1932 werd in Australië het ernstig verminkte lijk van een jonge vrouw gevonden, waarvan de identiteit jarenlang een raadsel bleef. Ze werd beroemd als ‘het pyjamameisje’, naar het kledingstuk waarin ze werd aangetroffen. Mogherini gebruikte het verhaal als raamwerk voor een thriller die zowel ranzige exploitatie biedt als elementen bevat uit de kunstfilms waar hij naam mee maakte. Daarbij neemt de filmmaker regelmatig een loopje met de werkelijkheid. Maar dat levert geen saaie film op.

Hij doorsnijdt het onderzoek van de inspecteur van dienst (een vermoeid ogende Ray Milland) naar de moord op het pyjamameisje (Dalila Di Lazzaro) met de affaires die ze had met drie mannen: een oudere rijke man (Mel Ferrer, met afzichtelijke snor), een knappe dekhengst (Howard Ross, THE NEW YORK RIPPER) en een emotioneel onstabiele vent (Michele Placido, jaren voordat hij doorbrak met LA PIOVRA/THE OCTOPUS). Voordat intensief detectivewerk uitsluitsel geeft over de toedracht, passeren de nodige bizarre situaties en – zoals we van gialli gewend zijn – een waslijst aan excentrieke personages de revu.

GEPEUPEL

Naast de vrij ingewikkelde plot springen enkele zaken in het oog. Natuurlijk is het een vondst om deze giallo in het zonovergoten Australië te situeren: de onder de zomerse, vrolijke oppervlakte (veel couleur locale) borrelende zaakjes worden zo des te duisterder, terwijl de kijker voortdurend wordt aangespoord naar belangrijke details te zoeken. Dan is er een krankzinnige scène waarin het groteske lijk in een glazen vitrine in een museum wordt tentoongesteld; misschien is er iemand onder het publiek die licht kan werpen op haar identiteit. Terwijl het gepeupel als een horde zombies voorbijschuifelt, zoomt Mogherini regelmatig op de gezichten in. Ze verraden geen enkele emotie. Wil Mogherini hier iets zeggen over ziekelijk voyuerisme, sensatiezucht of het verval van normen en waarden? Maar de ware kracht van de film schuilt toch wel in de sombere en weemoedige toon. Het leven van Lazzaro (ANDY WARHOL’S FRANKENSTEIN, PHENOMENA) is al geen pretje, maar krijgt een extra nare dimensie door haar brute dood, en de rol daarin van haar vriend Placido (die fiks wat sjeu weet te geven aan zijn rol van ontheemde Italiaanse immigrant). THE PYJAMA GIRL CASE werd in Nederland op video uitgebracht door Sunrise Tapes, een label berucht om de vaak slechte beeldkwaliteit van zijn films, maar in dit geval leverde het bedrijf een prima tape af. Uiteraard ziet de dvd van Blue Underground er ook kraakhelder en kleurrijk uit. Als extra’s zijn de originele trailer (met een vette psychedelische rocksoundtrack) en een puike docu over de moordzaak bijgevoegd. Ook bevat de box een boekje met een strip van Eddie Campbell (bekend van From Hell).

PSYCHE

De schromelijk onderschatte Luigi Bazzoni (1929), regisseur van GIORNATA NERA PER L’ARIETE/THE FIFTH CORD (1971), maakte vanaf het begin van de jaren zestig documentaires met zijn broer Camillo, opkomend ster Franco Nero en cameraman Vittorio Storaro. Terwijl hij en zijn broer nimmer internationaal doorbraken, raakten de loopbanen van Nero en Storaro al snel in een stroomversnelling. Nero was op dat moment een gevierde ster die van set naar set vloog; hij filmde THE FIFTH CORD door de week in Italië en werkte in het weekend aan een Britse productie in Londen. Storaro was met zijn fotografie van Bertolucci’s meesterwerk IL CONFORMISTA op slag wereldberoemd geworden en alle grote regisseurs dongen naar zijn gunsten, van Cinecittà tot Hollywood. Ook hij nam vrij, om zich geheel te richten op het camerawerk van de derde film van zijn boezemvriend Bazzoni. En wat voor film! THE FIFTH CORD is een thriller die tussen het beste werk van Dario Argento, Mario Bava en Duccio Tessari fier overeind staat. Bazzoni vertelt het verhaal van reporter Andrea Bild (Nero), die een reeks moorden onderzoekt, gepleegd volgens een bepaald stramien dat hij maar niet weet te ontcijferen. Terwijl er doden vallen wordt het mysterie tergend langzaam ontrafeld, totdat Nero beseft dat ook hij op het verlanglijstje van de maniak staat.

Tot zover: een vertrouwd verhaal. Ook zet Nero zijn charismatische loner – huwelijk op de klippen, aan de drank, cynisch – op overtuigende wijze neer. De personages ogen allemaal verdacht, maar Silvia Monti, Rossella Falk, Maurizio Bonuglia, Agostina Belli, Renato Romano en Corrado Gaipa vormen dan ook een uitgelezen reeks veteranen van de Italo-thriller. Waarin de film zich onderscheidt van het gros van de gialli is de intens claustrofobische sfeer. Bazzoni nam het onderwerp zeer serieus. Al vanaf de opening tracht hij de kijker deelgenoot te maken van de verwrongen psyche van de moordenaar, door – zoals Argento dat een decennium later in TENEBRAE zou doen – hem over zijn obsessies te laten praten: ‘I want to feel the trembling flesh in my hands as I squeeze the life out of the body.’

SILHOUETTEN

De vergelijking met Argento’s meesterlijke giallo gaat in meer opzichten op. Of beter gezegd: Bazzoni’s film is er eigenlijk een voorloper van. De manier waarop Storaro met zijn camera Rome omtovert tot een plek van kille architectuur en in koud licht gevangen straten en pleinen, gaat vooraf aan TENEBRAE, in de visie van Argento ‘een verlaten Rome, ergens in de toekomst’. Storaro borduurt daarbij voort op zijn geometrische aandoende fotografie van IL CONFORMISTA, een stijl die hij in Bazzoni’s laatste film LE ORME/FOOTPRINTS (1975) zou perfectioneren. Het kader wordt voortdurend doorsneden door verticale of horizontale lijnen – van luxaflexgordijnen en moderne flatgebouwen tot enorme trappen – waartegen de personages afsteken als silhouetten of lege hulzen.

En dan zijn er natuurlijk de moordscènes. Als ware kunststukjes worden ze gepresenteerd, geheel met point-of-view-camerawerk en tracking shots. Zwartleren handschoenen, fetisjisme, een hijgerige voice-over, en de implicatie dat de maniak seksueel plezier beleeft aan zijn daden, ook die bekende elementen ontbreken niet. In de actierijke climax maakt de killer zelfs aanstalten zich aan een kind te vergijpen, ware het niet dat Nero er een stokje voor steekt. Beklemming met een grote B, dat is wat THE FIFTH CORD teweegbrengt. Maestro Ennio Morricone verhoogt de spanning met een sinistere soundtrack, inclusief een macaber neuriënde vrouwenstem.

KLUIZENAAR

De als extra toegevoegde documentaire staat uitgebreid stil bij de geestelijke vader van dit macabere meesterwerkje. Bazzoni komt daarbij zelf niet aan het woord – volgens Storaro omdat hij zich afzijdig houdt van publiciteit. En dat is niets teveel gezegd, want toen ik jaren terug een bevriende Italo-fanaat en journalist vroeg naar Bazzoni, vertelde deze dat hij hem na lang zoeken in Rome had gevonden. De filmmaker hield zich echter angstvallig achter zijn voordeur verborgen en gaf te kennen niet gestoord te willen worden. Verdere pogingen om over de telefoon of via briefwisseling contact te onderhouden mochten niet baten. Dat is allemaal erg jammer, want fans van Bazzoni zouden graag horen wat deze man bezielde om zulke intense films over geestelijke dissonantie te maken. Immers, ook in zijn spaghetti-western L’UOMO, L’ORGOGLIO, LA VENDETTA/MAN, PRIDE AND VENGEANCE (1968) en het drama LE ORME gaan de hoofdpersonen psychisch ten onder aan liefdesverdriet of de druk van het leven. Aan de andere kant: zo blijft Bazzoni’s oeuvre omgeven door een aura van duister mysterie en zal het de komende decennia nieuwe kijkers, hongerig naar onconventionele cinema, blijven fascineren.

De andere twee titels in deze collectie, FORBIDDEN PHOTOS OF A LADY ABOVE SUSPICION en THE BLACK BELLY OF THE TARANTULA, komen in het volgende nummer van SN aan bod. Surf intussen voor meer informatie naar www.blue-underground.com.

 Extra’s ***

Copyright Mike Lebbing. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #71, najaar 2006.

© Mike Lebbing
1 september 2006
  • Titel
    The Pyjama Girl Case
  • Lengte
    102 minuten
  • Regie
    Flavio Mogherini
  • Scenario
    Flavio Mogherini, Rafael Sánchez Campoy
  • Cast
    Ray Milland, Dalila Di Lazzaro, Michele Placido
  • Taal
    Italian
  • Land
    Italy, Spain
  • Trailer
Meer Thriller
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments

Ons magazine bevat nóg veel meer.

Word abonnee!

Als je houdt van de genrefilm, is ons magazine echt wat voor jou.
Neem een abonnement en voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat.