Door de tagline op de filmposter gooit Adam Robitels ESCAPE ROOM eigenlijk meteen alle kaarten open op tafel: Find the clues or die. Maar juist door die voorspelbaarheid is de film ouderwets vermakelijk.
Toen een jaar of tien geleden het fenomeen ‘escape room’ aan zijn opmars over de wereld begon, was het natuurlijk slechts een kwestie van tijd voordat er een horrorfilmmaker met het interactieve groepsspel aan de haal zou gaan. ESCAPE ROOM van Adam Robitel (THE TAKING OF DEBORAH LOGAN, INSIDIOUS: THE LAST KEY) is maar liefst de derde film binnen twee jaar met die titel en de setting van een afgesloten kamer vol aanwijzingen, puzzels en raadsels waaruit een groepje spelers moet pogen te ontsnappen. Wie een beetje gaat surfen langs de streaming services vindt vanzelf de twee matige films uit 2017. Niet echt de moeite waard, of je moet dolgraag willen weten wat Skeet Ulrich en Sean Young op dit moment uitspoken.
Fans van de betere horrorfilm wisten al lang dat het concept zich sterk laat vertalen naar het grote scherm. Vincenzo Natali’s culthit CUBE (1997) was wat dat betreft behoorlijk visionair, want de (nog steeds) ijzersterke film liet voor het eerst een groepje mensen los in een dodelijk doolhof vol puzzels, lang voordat de eerste escape room was gebouwd. CUBE, op zijn beurt weer geïnspireerd door de klassieke Twilight Zone-episode Five Characters in Search of an Exit, bevatte alleen wel een sterk element dat geen enkele van de drie ESCAPE ROOM-films heeft: de personages hebben geen flauw idee hoe ze in het doolhof zijn terecht gekomen. Zo kon de film spelen met elementen als paranoïa en een extra laag aan de ontsnappingsperikelen geven.
Dat de zes spelers aan het begin van Adam Robitels ESCAPE ROOM het doel van een ‘escape room’ al kennen, doorkruist meteen een hoop plotmogelijkheden. Een van de zes is zelfs verslaafd aan puzzelkamers en legt netjes uit aan zijn vijf medespelers (en de kijker) hoe het allemaal werkt en wat de regels zijn. Elke doorgewinterde horrorkijker zou op dat moment al met de ogen moeten gaan rollen. Och mijn hemel, ie-mand gaat din-gen uit-leg-gen. Maar het wonder geschiedt: de overdaad aan expositie is totaal niet storend in deze film. Het is namelijk al vrij vroeg duidelijk dat Robitel en scenaristen Bragi F. Schut en Maria Melnik volstrekt niet van plan zijn om vernieuwend aan de slag te gaan met horrorfilmconventies. Het ploegje spelers dat op geheimzinnige wijze naar de hypermoderne ontsnappingskamer is gelokt, is zelfs een bijna perfecte blauwdruk van een slasherfilm-gezelschap. De sarcastische slacker, het alfamannetje; afvinken maar. Het verlegen meisje van de ploeg heeft nog net geen knipperend neonbord met FINAL GIRL op haar rug.
Het is die impliciete geruststelling van de filmmakers die potentiële irritatie weghaalt. Alsof ze willen zeggen: ‘Mensen, jullie kennen de basis van dit soort films al. Ga lekker zitten, zet je verstand op nul en wacht maar wat we voor jullie in petto hebben.’ En dan begint het deel van de film waar schrijvers Schut en Melnik al hun geld op hebben ingezet: de kamers waar onze helden uit moeten zien te ontsnappen. De gok werkt. Vanaf het moment dat duidelijk wordt dat elke kamer dodelijk is als de puzzelaars niet op tijd de uitgang vinden, zit je regelmatig met het zweet in je handen. Er zijn geen inventieve kills, er vloeit vrijwel geen bloed, maar er is wel pure spanning. Nergens weet je waar de dodelijke val van de kamer loert en zo wordt ESCAPE ROOM gek genoeg toch vernieuwend door terug te grijpen naar het ouderwetse puntje-van-je-stoel-gevoel dat in deze tijd van de gemakzuchtige jump scare vaak zo ontbreekt.
Voor de goede orde: ESCAPE ROOM zal de Schokkend Nieuws-eindejaarslijst vast niet halen. Als de film in de vorm van de knap verzonnen kamers zijn sterkste troeven heeft uitgespeeld, wordt er een nogal conventionele conclusie uit de mouw geschud en krijgen we de meest ongegeneerde opzet voor een vervolg in de geschiedenis van de film opgediend. En eigenlijk is ook dat niet echt storend. Het is volkomen begrijpelijk dat ESCAPE ROOM een franchise wil worden in de traditie van de meer bloederige inspiratiebronnen als FINAL DESTINATION en SAW. Het materiaal rechtvaardigt dan ook met gemak een vervolg of twee, alleen zal een groot deel van de kijkers dan waarschijnlijk afhaken. Daarvoor is ESCAPE ROOM toch iets te braaf. Het is de perfecte film om een neefje of nichtje mee naar toe te nemen dat nog net iets te jong is voor het heftigere horrorwerk. Voor geroutineerde horrorfans is de film gewoon lekker anderhalf uur escapisme… en een fiks stukkie goedkoper dan een echte escape room.
Bioscooprelease: 28 februari. Copyright Vincent Hoberg. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 27 februari 2019.