Kunsthistorica/ restauratrice Theresa Jenning (Travis) reist af naar een klooster in de Transsylvanische Alpen om daar een schilderij van de geruchtmakende prins Dracul, Vlad Tepes (Vlad the Impaler, 1431-1476) te restaureren. Van serieuze herstelwerkzaamheden komt het niet, want de enige bewoners van het klooster, de monniken Vlad (Atkins) en Divas (Wert), blijken afstammelingen van de verschrikkelijke Dracul. Zij zijn vampiers en begeren Theresa’s maagdelijke bloed.
Over zijn ultra low-budget horrorfilm zei coproducent Roger Corman: ‘This is more the half-brother of FRANKENSTEIN UNBOUND than the bastard son of BRAM STOKER’S DRACULA‘, een cryptische uitspraak waarover de toeschouwer voor de volle 77 minuten speelduur ongestoord kan nadenken, omdat de nonsensikale verwikkelingen zijn aandacht eigenlijk niet waard zijn.
De film, die onder de credits (verlucht met een vreselijke titelsong) alreeds verveelt, werd grotendeels op nondescripte locaties in Bulgarije opgenomen, waar de plaatselijke bevolking lijkt te bestaan uit één (1) taxichauffeur, die de kijker op een niet te pruimen staaltje patronaatstoneel trakteert. Het camerawerk van Ivan Varizamov is met de term ‘hoogst onevenwichtig’ royaal overgewaardeerd. Fred Gallo (DEAD SPACE), een regisseur uit Amerikaanse TV-kringen, confronteert de toeschouwer met shock inserts in negatief alsof voor hem en Corman de tijd heeft stilgestaan sinds AIP’s Poe-verfilmingen uit de jaren ’60. Christopher Atkins, die ooit iets heel moois had met Brooke Shields in THE BLUE LAGOON, kwijt zich met pijnlijke houterigheid van zijn rol als de hedendaagse vampier Vlad. Intussen jengelt de synthesizer-muziek onverdroten voort en verstrijken de minuten tergend langzaam.
Copyright Erique J. Rebel. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. .Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #9, oktober 1993.