Met MIMIC (1997) wist de Mexicaanse horrorregisseur Guillermo del Toro de verwachtingen van CRONOS (1993) niet geheel in te lossen.
En dat terwijl hij in Schokkend Nieuws ten tijde van de release van MIMIC nog betoogde Hollywood niet nodig te hebben: ‘Als ze me niet meer willen, fuck ‘em. I don’t give a flying fuck about my career in Hollywood. Ik wil gewoon films maken die ik leuk vind en dat kan ik ook in Mexico.’ Desondanks was MIMIC te conventioneel voor de fans van Mexicaanse horror, en te buitenissig voor Hollywood-horror. Vijf jaar later vertoont de regisseur een prettig gespleten persoonlijkheid, en daarvan kon het publiek op het Festival van de Fantastische Film meegenieten.
Met BLADE II maakte Del Toro een sequel volgens Hollywoodnormen, maar wel eentje die zich uitstekend leende voor de Weekend of Terror-nacht. En in de uitermate sfeervolle slotfilm THE DEVIL’S BACKBONE (EL ESPINAZO DEL DIABLO) liet Del Toro zich van zijn meer persoonlijke en artistieke kant zien. Del Toro maakt dus nog steeds de films die hij leuk vindt, maar dan zonder compromissen te sluiten.
In BLADE II, de sequel van BLADE (1998), keert Wesley Snipes terug als Blade, the Daywalker. Half mens, half vampier, en alles behalve een lachebekje. Met zijn imposante wapenarsenaal gaat Blade op boeddhistische grondslag de strijd aan met alle vampiers der aarde. Die heilige oorlog kostte hem in de vorige BLADE zijn trouwe metgezel de Whistler (Kris Kristofferson). Maar die blijkt in BLADE II gewoon op sterk water te staan, zodat ook Kris na een doorsmeerbeurt terug kan keren in deel II. Snipes heeft de bebaarde motorduivel hard nodig: er is namelijk nog iets verderfelijkers dan vampiers verrezen, zoals de kijker al weet uit de openingsscène die in een gezellige Praagse bloedbank plaatsvindt. Vampiers worden hier slachtoffers van hun eigen bloedlust wanneer de ‘reapers’ hun slag slaan. Deze uit vampiers geëvolueerde wezens laten geen keurige tandafdruk in de nek achter. Ze doen eerder denken aan vraatzuchtige zombies die op hun prooi duiken. Ze zuigen deze efficiënt leeg, want hun onderkin splijt open om ruimte te maken voor een vervaarlijk stel slachttanden. In de film wordt het verschil kernachtig samengegevat: ‘Vampiers hebben stijl, reapers zijn crack-junkies.’
Nu Blade en de vampiers een gemeenschappelijke vijand hebben moeten ze met frisse tegenzin gaan samenwerken. Reinhardt (Ron Perlman met een wel heel ingewikkelde haarlijn), de leider van de Bloodpack, kan Blade’s bloed wel drinken. En dat wil Blade juist voorkomen. Hun eerste gezamelijke missie brengt hen naar een illegale SM-club voor vampiers, waar 300 clubgangers vrolijk aan elkaars armen aan het sabbelen zijn. ‘Waarschuw als je iets verdachts ziet’, luidt de bloedserieuze opdracht. Wat, iets verdachters dan twee leernichten die elkaars open rug als dipsaus gebruiken? Net als eerder bij vampiers luidt de hamvraag bij de reapers wederom: hoe bestrijd je ze? Er wordt ingezet op een overkill aan wapens en een daglichtkijker. Die laatste wordt uiteraard pas uitgeprobeerd wanneer de hele club aan diggelen is geschoten, want het oog wil ook wat. En het oor, want BLADE II loochent zijn strip-origine niet. Wanneer Blade zijn zwaard hanteert klinkt er zo overtuigend ‘woesj, woesj’ dat alleen de stripballonnen ontbreken.
BLADE II is stijlvol, maar ook bloederig en duister. Vooral de smerige reapers met hun alien-achtige bekkies zorgen voor spectaculair bloedvergieten. De film bevat voorts genoeg relativering om de humorloze vertolking van Snipes, die zijn kruistocht wel erg serieus neemt, te compenseren. Belangrijker nog is dat BLADE II een volwaardige sequel is. Del Toro was volgzaam genoeg om zijn stijl niet te laten overheersen. In Empire bekende hij te hebben gefaald als mensen zouden zeggen dat het resultaat een Del Toro-film is, maar geen BLADE II. Del Toro: ‘Horror vereist een bepaalde formule. Je kan ermee stoeien, en er zelfs een beetje voorspel mee hebben, but you can never fuck the formula. If you do, you’re fucked in return.’
Wie de meer persoonlijke projecten van de immer welbespraakte Mexicaan prefereert hoeft dit keer geen vier jaar te wachten. Del Toro is druk bezig met de voorbereidingen voor HELLBOY, met opnieuw Ron Perlman, dit keer in de titelrol. Net als THE DEVIL’S BACKBONE speelt HELLBOY in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog, als nazi’s met zwarte magie alsnog proberen de overwinning af te dwingen. Geplande release: volgend jaar alweer.
Copyright André Nientied. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Oorspronkelijk gepubliceerd in Schokkend Nieuws #55, zomer 2002.