“Het is een metafoor!”, verdedigt Edith Cushing zich als haar manuscript een spookverhaal wordt genoemd. In CRIMSON PEAK, de film waarin zij de hoofdpersoon is, zijn de spoken echter maar al te letterlijk.
Je moet het Guillermo del Toro meegeven: hij is niet van de halve maatregelen. Als hij een Gothic Romance maakt, dan zal je daar ook echt alles in vinden wat je verwacht: onderdrukte gevoelens, vrouwen die in een witte nachtjapon bij wapperend kaarslicht vreemde geluiden in donkere gangen verkennen, verboden liefde, lijken in de kast, verarmde adellijke mensen – je noemt het en hij heeft het erin gestopt. Binnen tien minuten wordt er al naar Mary Shelley verwezen en een liefdesverklaring van een personage doet wel erg denken aan het huwelijksaanzoek van Mr. Rochester.
Er is ook, zoals dat hoort, een huis. Gothic Romance heet niet voor niets zo: het verwijst naar de gotische architectuur van de kastelen waar de verhalen zich in afspelen. Het huis hier heet Allerdale Hall en het is een fantastische creatie: een vervallen, krakend bouwwerk waar bladeren en sneeuw binnenvallen en dat geleidelijk wegzakt in de rode klei waarop het gebouwd is. De bloedrode klei dringt zompig via de vloer het huis binnen en besmet alles wat het aanraakt.
Het duurt wel even voordat we bij Allerdale Hall aankomen. Eerst ontmoeten we in Amerika Edith Cushing (Mia Wasikowska, die in JANE EYRE al eens eerder een ghotic heldin speelde), een feministe avant-la-lettre met literaire ambities en weinig geduld voor aristocratie en feestjes. Toch laat ze zich verleiden door Sir Thomas Sharpe (Tom Hiddleston), een aan lager wal geraakte “baronet” die geld nodig heeft om een machine te bouwen om de klei te kunnen winnen. Haar jeugdvriend Alan McMichael (Charlie Hunnam) ziet met lede ogen aan hoe Edith trouwt met Sharpe en met diens zus Lucille (Jessica Chastain) naar Engeland vertrekt.
Dat er iets niet pluis is, is al duidelijk vanaf de studiobumpers die gebaad zijn in een ziekelijk rood. De logo’s van Universal en Legendary zagen er nog niet eerder zo omineus uit. En dan blijkt dat Edith al in haar jeugd bezoek kreeg van het spook van haar moeder die waarschuwde voor “Crimson Peak”. Het spook, dat met de verplichte schrikeffecten ter tonele komt, is een echte Del Toro-creatie, grotendeels bestaande uit rook en verval. Doug Jones, die al eerder de bewegingen leverde voor onder andere Abe Sapien uit de HELLBOY-films en de Pale Man uit PAN’S LABYRINTH, geeft de spasmes van het spook iets wanhopigs.
Het is soms niet helemaal duidelijk of Del Toro een hommage heeft willen maken of een pastiche en zeker aan het einde schiet CRIMSON PEAK af en toe uit richting parodie. Dat komt ook door de acteurs, die hun tanden zetten in de archetypes die ze toebedeeld hebben gekregen: Mia Wasikowska is de onschuld zelve, Chastain is heerlijk vilein, en Hunnam is de Arbogast (ja, ook naar PSYCHO wordt verwezen). Tom Hiddleston lijkt in sommige shots haast te poseren, het shirt net open, zijn haar woest, op en top de Byronische held, maar weet gelukkig soms ook het bange, nerderige jongetje onder het oppervlak naar buiten te laten komen.
Uiteindelijk is het jammer dat Del Toro zo druk is met het strooien met verwijzingen en stilistische knipogen (de camera irist vooral aan het begin naar harte in en uit), dat hij niet helemaal heeft bedacht waar zijn spoken eigenlijk voor staan. Ondanks alle geheimen en de klei die zich wurmt waar ze niet hoort te gaan heeft de film verbazend weinig diepere lagen. Het is niet in Del Toro’s aard om subtiel te zijn. Maar juist in dit genre had hij wat meer mogen vertrouwen op suggestie en subtext.
DI: Universal. Copyright Hedwig van Driel. NL: 15 oktober/ BE: 11 november. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 17 oktober 2016.