Iedereen heeft wel een klein of groot geheim, maar in hoeverre beklemt dat geheim ons in het dagelijks leven? Een bekend thema, dat regisseur Kourosh Ahari op eigen wijze uitbuit in de mysterieuze thriller THE NIGHT.
Met behulp van klassieke horrorelementen, zijnde een verlaten hotel en hallucinaties, brengt hij een krachtige boodschap over: al kan je de ander voortdurend voorliegen, van je eigen spiegelbeeld kan je onmogelijk weglopen.
De Perzische cineast Ahari geeft ons een kijkje in de hoofden van Babak (Shahab Hosseini) en Neda (Niousha Noor), een koppel uit Iran dat al vijf jaar in de Verenigde Staten woont. Samen met hun dochtertje Shabnam komen ze door Babaks koppigheid terecht in een hotel. Een krijsende zwarte kat en een mompelende man,geven de kijker al een tipje van de sluier van wat het koppel te wachten staat. Zeker wanneer die man een blik werpt op de tatoeage van Neda en de receptionist Babak beveelt: ‘Whatever you do, don’t push the door.’ Al snel vallen de donkere sferen van het hotel samen met de persoonlijkheden van het koppel. Wat is er aan de hand? Zijn ze echt alleen in het hotel?
De eerste dertig minuten stelt Ahari zijn kijkers flink op de proef en vraagt hij heel wat doorzettingsvermogen. Los van een grauwe setting, snijdende muziek en een mysterieus verhaalt, raak je enorm gefrustreerd door de afwezigheid van actie. En dat is ook de camera niet ontgaan, want die lijkt vaak even hard het noorden kwijt te zijn als de GPS die Babak en Neda de weg naar het hotel wijst. Maar de kijker die doorzet, wordt beloond. Want van zodra Ahari subtiele knipogen geeft naar PSYCHO en THE SHINING vallen de lijkjes opeenvolgend uit de kast. Dat gebeurt niet altijd even origineel; een hotel met lange gangen, lekkende kranen vol bloed en kloppende muren zijn niet bepaald vernieuwend in het genre. Je kunt je daaraan ergeren, of je kunt volledig meegaan in het verhaal en aan de hand van de ijle muziek langzaam maar zeker op het puntje van je stoel belanden.
Maar als je daar zit, pauzeer dan even kijk met een kritische blik. Want Ahari houdt naast de overvloed aan waanvoorstellingen die de protagonisten delen ook de illusie van dominante man in stand. Zodra Babaks geheim aan het licht zou moeten komen, speelt Ahari met een interessante metafoor om die vrouwonvriendelijkheid krachtig weer te geven. Een zekere Sophia probeert iets duidelijk te maken aan Babak, maar hij luistert niet naar wat ze te vertellen heeft. Door haar zo respectloos te behandelen heeft hij, al dan niet in zijn droom, de dood van zijn vrouw op zijn geweten.
De kerngedachte die Ahari overbrengt, later dan verwacht, is dat het beter is eerlijk te zijn. Want sommige geheimen zijn van zo’n ondraaglijke zwaarte, dat je ze vroeg of laat niet alleen jezelf, maar ook de mensen uit je nabije omgeving verpletteren. En wat als het te laat is? En je droom geen droom is, maar een reflectie van je innerlijkheid en je gedachten? Dan word je een geest van je het geheim dat je domineert en waar je niet van kan weglopen. Ahari’s gouden regel blijft nazinderen: Tell the truth and morning will come.
Copyright Tineke Van de Sompel. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Te zien op Imagine Film Festival op 17 april. Online gepubliceerd op 13 april 2021