Na de teleurstellende live-action verfilming van het videospelletje Streetfighter 2 is er nu ook nog een manga-variant verschenen.
Dat is fijn voor nipponfielen die liever getekende knokspecialisten in actie zien dan acteurs van het kaliber Jean-Claude Van Damme of Kylie Minogue. Het is vast ook heel fijn voor liefhebbers van het spel, die het gemis aan een interactief pookje goedgemaakt zien worden door veel geknok in fraaie kleuren. Wie echter op zoek is naar een authentieke plot, of zelfs maar de schijn van een verhaaltje, is hier toch echt aan het verkeerde adres. Net als bij de levende variant heeft geen enkel personage enige diepgang en dient elke scène zonder gooi- en smijtwerk slechts als rustpunt tussen de kloppartijen. Waarmee alles staat of valt bij de kwaliteit van tekenwerk, cameravoering en choreografie. Over de hele linie valt die vies tegen. Slechts één confrontatie is fatsoenlijk in beeld gebracht, namelijk die tussen de Chinese schone Chun Li en de met Krueger-messen bewapende Spanjaard Vega. Daarbij leven de Japanners zich weer eens lekker uit in hun nationale slipjes-fetisjisme door Li voortdurend met gespreide benen in beeld te brengen.
Het geheel wordt muzikaal ondersteund door het Japanse antwoord op Jan ‘Miami Vice’ Hammer. De producenten van deze Engelse versie grepen de introductie van held Ken Masters in Seattle aan voor nog meer muzikale ondersteuning met een flinke partij grunge-muzak. Het eindresultaat is een matige mangafilm met een volledig dichtgeplamuurde geluidsband. Leuk voor de kids, maar met een officiële adviesleeftijd van 16 jaar wordt de enige doelgroep die hier plezier aan kan beleven bij voorbaat al geweerd. En dat terwijl het geweld volkomen bloedeloos in beeld is gebracht. Het zal wel een gevolg zijn van het verstikkende morele klimaat in het post-FACES OF DEATH tijdperk. Zo gaan die dingen nu eenmaal.
Copyright Bart van der Put. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #22, december 1995/januari 1996.