Request failed. HTTP CODE: 0
RECENSIE

Doodeind(2006)

Jawel, we hebben er een; een horrorfilm van eigen bodem waar niemand zich voor hoeft te schamen. De titel: DOODEIND. De weg naar de bioscoop: moeizaam. Het vooruitzicht op succes: gunstig. 

Het kan verkeren. Jarenlang was het sappelen met de Hollandse horrorfilm, inmiddels liefkozend Nederhorror genoemd. Korte films kwamen veelvuldig van de grond, en ook op het vlak van de amateurproductie borrelde en borrelt er van alles. Vorig jaar vertoonde het AFFF het even sympathieke als krukkige WOENSDAG. Dit jaar wacht de liefhebber een wat ambitieuzer project in de vorm van HORIZONICA, met in een van de bijrolletjes Troma-baas Lloyd Kaufman (laatst nog te bewonderen als dronken zwerver in James Gunns SLITHER). Verder zijn er natuurlijk de filmprojecten van AFFF-baas Jan Doense (EXHIBITION en WOENSDAG GEHAKTDAG) en het megazombie-epos WORST CASE SCENARIO, waaraan al twee indrukwekkende teaser-trailers vooraf zijn gegaan. En dan vergeet ik ongetwijfeld nog een paar dozijn andere in de steigers staande projecten. Reikhalzend wordt ondertussen uitgekeken naar het inmiddels voltooide SL8N8 (spreek uit ‘Slachtnacht’) van Edwin Visser en Frank van Geloven, waarmee de jongensdroom van dit duo na meer dan tien jaar ploeteren eindelijk werkelijkheid wordt: je eigen film in de bioscoop! Aan DOODEIND de ondankbare taak het spits af te bijten.

Ondankbaar, omdat sceptici, marketing analysten en ‘serieuze’ cinefielen je natuurlijk zo kunnen vertellen dat die zogenaamde Nederhorrorgolf van 2006 een pathetische poging is om grote Amerikaanse voorbeelden met een honderdste van de in Hollywood gangbare budgetten naar de kroon te steken. Kan niks worden, gaat onverbiddelijk op z’n bek. Bovendien; de oorspronkelijke distributeur zag na het resultaat te hebben gezien snel af van medewerking. Ook al een veelzeggende indicatie van de kwaliteit van de film. Leuk voor dat festivalletje van horrorgekken in Amsterdam, maar verder niet meer over lullen. Dat laatste doen we vanaf deze plaats dus wel. Want DOODEIND is simpelweg te goed om badinerend, op z’n Pieter van Lierops zal ik maar zeggen, te worden bijgezet in de ondiepe grafkelder van mislukte horrorkolder als pakweg INTENSIVE CARE.

Okee, de makers gaan niet met de originaliteitsprijs strijken. Zeven jonge mensen die met hun busje in een uithoek van Schotland stranden en, opgejaagd door een paar bloeddorstige honden, hun toevlucht zoeken in een spookhuis – daar kijken we niet van op. De eeuwenoude heksengeschiedenis die aan de bovennatuurlijke activiteiten in het huis ten grondslag ligt, is aardig bedacht, maar wat onhandig en lomp met de gebeurtenissen in het heden verknoopt. En de acteurs rest, na een uitvoerige intro, weinig anders dan een film lang hyperventileren, kermen, kreunen en smeken om genade. De dialoog vormde op z’n zachtst gezegd geen prioriteit voor scenarist/regisseur Erwin van den Eshof.

Wat wel heel erg deugt aan de film is zijn look, die de kijker het gevoel geeft daadwerkelijk in een andere wereld te zijn beland. Van den Eshof, cameraman Bart Beekman, production designer Vincent de Pater en geluidsman Arno Willemstein scheppen op de set (in werkelijkheid een Nederlandse villa en voormalige dependance van het Filmmuseum) een waarlijk spookachtig universum vol griezelige schaduwen, verborgen kamers en uit zichzelf open en dicht zwaaiende deuren en ramen; een spookhuis als een levend organisme dat dreigend kraakt, piept en kreunt, totdat het de aanval opent op de indringers met een zich razendsnel verspreidende vurige schimmel (een verrassende vondst en een effectief digitaal effect bovendien). DOODEIND werd gedraaid op HD en voor de bioscooprelease overgezet op 35mm, maar je moet van goeden huize komen om dat te zien. Ook om een andere reden oogt de film als film, en niet als de zoveelste amechtige poging de zogenaamde MTV-generatie te behagen. In plaats van alles ‘op te lossen’ in een razendsnelle montage zet Van den Eshof liever een subtiele rijder in of verlegt hij de scherptediepte van een shot. Ouderwetse stijlmiddelen in de goede zin van het woord. Ook klassiek: het ineens uit het donker te voorschijn springende monster. In DOODEIND schrik je je bij deze stoplap uit het horror-idioom eindelijk weer eens de pleuris.

Bij al dat zenuwslopende gedoe blijft er uiteraard weinig ruimte over voor humor. Gelukkig maar, zou je zeggen, al hangt het ontbreken van al dan niet met wisecracks doorspekte dialoog waarschijnlijk ook samen met het geringe belang dat Van den Eshof lijkt toe te kennen aan het uitdiepen van de relaties tussen zijn personages. Het spookhuis is de ster van de film, niet de van tv-series als GTST en ONM bekende ‘soapies.’ Die laatsten zullen ongetwijfeld zijn ingehuurd om de tv-kijker naar de bioscoop te lokken, maar DOODEIND is op de eerste plaats een film van en voor horrorliefhebbers. In een interview in Schokkend Nieuws #68 noemde Van den Eshof THE EVIL DEAD en het werk van Romero als belangrijke invloeden. THE BLAIR WITCH PROJECT en THE RING leverden eveneens inspiratie, zoals de SN-lezer zal kunnen vaststellen. DOODEIND wortelt daardoor stevig in een internationale hedendaagse horrortraditie. De oorspronkelijke distributeur van de film had ongelijk in zijn afwijzing; deze eerste volwassen Nederhorrorfilm van de 21ste eeuw is, ook op Europees niveau, een aanwinst voor het genre.

Di (NL): RCV (NL: 3 augustus) Copyright Phil van Tongeren. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 10 mei 2006.

10 mei 2006
Meer Sci-Fi
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments
Advertentie

Ons magazine bevat nóg veel meer.

Word abonnee!

Als je houdt van de genrefilm, is ons magazine echt wat voor jou.
Neem een abonnement en voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat.