STAY ALIVE, over gamers die bij het spelen van een illegaal computerspel één voor één het loodje leggen, was de op twee na laagst gewaardeerde film op het Amsterdam Fantastic Film Festival van dit jaar. Zaten er soms alleen spelletjes-haters in de zaal of lag het aan de film?
Een digitale held betreedt een digitaal spookhuis en zwerft er behoedzaam in rond, vanuit alle hoeken en gaten bespied door griezelige wezens. Ineens duikt in een donkere gang een angstaanjagende vrouwengestalte op. De gestalte neemt een sprong, het licht gaat uit en onze held is de pineut. Een seconde later bungelt hij met gebroken nek aan een ketting aan het plafond: game over.
Het meest effectieve gedeelte van STAY ALIVE is deze openingsscène, zogenaamd onderdeel van het fictieve spel van dezelfde naam, waarvan je je kunt voorstellen dat het door gamers enthousiast onthaald zou kunnen worden. De film zelf geeft daar helaas minder aanleiding toe. Het begint al bij het voor de hand liggende uitgangspunt dat de digitale gruwelijkheden zich herhalen in de werkelijkheid. Wie ‘game over’ op zijn monitor ziet verschijnen, kan er vast op rekenen even later te worden afgeslacht op dezelfde wijze als zijn spelpersonage.
Misschien dat de scenarist van STAY ALIVE met dit idee een VIDEODROME voor een nieuwe generatie voor ogen stond: wie te intensief met gewelddadige computerspelen in de weer is, wordt vanzelf onderdeel van hun sadistische universum. Het verschil is dat de snuff-tv-programma’s uit VIDEODROME de hoofdpersoon zelf ook gewelddadiger maakten, terwijl de doorsnee-jongeren uit STAY ALIVE onschuldige slachtoffers blijven, voor een deel direct afgevoerd naar de slachtbank, voor een deel overlevend om braaf korte metten te maken met het Kwaad. Een formule die in feite de kern vormt van iedere tiener-slasher sinds FRIDAY THE 13TH.
De naam van dat Kwaad luidt overigens Elizabeth Bathory, hier een bloeddorstige feeks uit de 19de eeuw wier via het spel tot leven gewekte geest per spookkoets dood en verderf zaait. Volgens merendeels apocriefe bronnen was de ‘echte’ Bathory een Oost-Europese gravin die aan het eind van de 16de eeuw tientallen jonge meisjes liet afslachten om al badend in hun maagdenbloed haar eigen schoonheid tot in de eeuwigheid te conserveren. Deze vrouwelijke Dracula leverde eerder de inspiratie voor een handjevol films, zoals Hammer’s COUNTESS DRACULA en Harry Kümels DAUGHTERS OF DARKNESS, beide uit 1971. STAY ALIVE onderscheidt zich van die voorgangers door het erotische element in de gruweldaden van de gravin achterwege te laten, al wordt haar angst voor ouderdom nog wel terloops aangestipt. Geheel nieuw is natuurlijk Bathory’s wedergeboorte in killer software.
Totale onzin is op zichzelf geen bezwaar, mits die maar met schwung en overtuiging wordt gebracht. STAY ALIVE is jammergenoeg niet alleen duf formulewerk, de film ziet er ook nog eens grijs en groezelig uit. Gefilmd werd in en rond New Orleans, vlak voor orkaan Katrina de stad eind augustus 2005 onder water zette. De schilderachtige locaties, kort tevoren nog effectief uitgebuit in THE SKELETON KEY, wisten de makers van STAY ALIVE kennelijk niet te inspireren. Alles in de film oogt suburban en anoniem, zodat de opnamen net zo goed in, pakweg, Toronto hadden kunnen plaatsvinden. Aan het slot wordt de deur opengehouden voor een vervolg. Laten we hopen dat Elizabeth Bathory de makers van deel 1 te grazen heeft genomen voordat het zover kan komen.
Di: UIP (NL: 31 augustus / BE: 5 juli) Copyright Phil van Tongeren. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 7 juni 2006.