Aan de goede wil van de recensent ligt het niet. Zuid-Korea is ten opzichte van machtige buurman Japan toch een beetje de sympathieke underdog, en in recente jaren leverde de Koreaanse genrecinema genoeg interessants af om de video van THE LEGEND OF THE EVIL LAKE met enige verwachting in de speler te duwen. Helaas wordt deze niet of nauwelijks ingelost.
Met name het scenario rammelt aan alle kanten en doet geen serieuze poging om de bekende pyrotechnics van martial arts en bovennatuurlijke kunststukjes van een overtuigend narratief kader te voorzien. In een onhandig vertelde openingsscène, waarin nauwelijks valt uit te maken wie de good guys en de bad guys zijn, wordt booswicht Auta door het leger van Shilla verslagen en zijn kwade geest in het meer van de titel gevangen voor zolang als het zwaard van zijn overwinnaar in de nabijgelegen grond steekt. Duizend jaar later wordt het rijk van Shilla geregeerd door koningin Ji-Seong (Hey-Ri). Haar gezag wordt voortdurend ondermijnd door opstanden die bloedig de kop worden ingedrukt door haar trouwste onderdaan, generaal Biharang (Hyo-Joon). De alleenstaande Ji-Seong heeft een oogje op Biharang, die echter liever zijn heil zoekt bij boerendochter Jaunbie (Hyo-Jin). Dienaren van Ji-Seong ontvoeren Jaunbie, maar stuiten daarbij op het zwaard van de oude Shilla-koning. De geest van Auta wordt ontketend en neemt bezit van Jaunbie, die met haar nieuwverworven bovennatuurlijke krachten dood en verderf zaait onder de hofhouding van Ji-Seong. Aan Biharang de taak om haar te stoppen en zijn geliefde te bevrijden van de geest van Auta. THE LEGEND OF THE EVIL LAKE verenigt in feite twee films in zich. Met uitzondering van de proloog heeft de eerste helft van de film niets met de titel van doen. Er zijn wat middeleeuwse slagveldscènes à la BRAVEHEART, maar voor het merendeel laveert het verhaal nogal stuurloos tussen hoofse machtsspelletjes en beschaafde liefdesintriges. Na het ontwaken van de geest van Auta domineert plotseling volledig de fantasy. Zo’n radicale stijlbreuk kan soms werken, maar lijkt hier eerder uit onbeholpenheid dan uit artistieke visie voort te komen. Aan de positieve kant van de balans moet zeker het solide acteerwerk van Hyo-Joon en de innemende Hyo-Jin genoemd worden. De vechtscènes en de special effects overtuigen niet altijd, maar de art direction is indrukwekkend. Vooral de in China opgenomen hofscènes ademen grandeur uit; voor de film werden meer dan 1200 kostuums vervaardigd. Vooruit, een curiosum.
** Copyright Matthijs Linnemann. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #63, p48.