Hoewel in DROP een socialmediafenomeen centraal staat, is de film aangenaam ouderwets: een gelikte, oprechte high-concept-thriller die niet alleen qua plot, maar ook stilistisch herinneringen oproept aan Hitchcock.
Alleenstaande moeder Violet (Meghann Fahy) besluit eindelijk weer eens op date te gaan. In een luxueus restaurant ontmoet ze fotograaf Henry (Brandon Sklenar). Ze kijkt regelmatig op haar telefoon om te checken hoe gaat met haar zoontje; haar zus past op, maar vanwege een traumatische ervaring is Violet wat overbezorgd. Haar huis hangt vol met beveiligingscamera’s die met haar telefoon in verbinding staan.
Plotseling komen er drops binnen: berichten die via een app anoniem verstuurd kunnen worden vanaf andere telefoons in de buurt. Het begint met pesterige memes, maar wordt al snel grimmiger als blijkt dat de afzender weet wie Violet is. ‘Kijk eens naar je security-beelden.’ Violet ziet een gemaskerde man met een pistool in haar woonkamer staan. ‘Als je iets laat merken gaat je zoontje eraan.’ De mysterieuze apper, die ergens in het restaurant moet zijn, heeft een aantal opdrachten voor Violet. Eerst moet ze ongemerkt de SD-kaart uit Henry’s camera zien te halen. Daarna wordt het alleen maar erger.

Het minst geloofwaardige aan het concept is dat een volwassen vrouw zo’n app zou toestaan om haar hoorbare meldingen te sturen tijdens een date. Dat moet je maar accepteren. Ik ben daartoe bereid, vooral omdat het tot een heerlijk sappige thriller leidt. Het scenario van Jillian Jacobs en Chris Roach is een strak werkje in de categorie ‘slimme mensen zijn elkaar te slim af’: Violet en haar geheimzinnige opdrachtgever zijn allebei intelligent en vindingrijk. Het is smullen van elke wending in de plot, als zij weer een creatieve oplossing verzint voor haar penibele situatie en de apper ook tegen die vondst weer maatregelen blijkt te hebben.
Allemaal malle pulp, dus voor de regisseur is het een uitdagende balanceeract: als je het materiaal té serieus neemt wordt het belachelijk, maar je moet ook niet zelf je plot gaan uitlachen. Gelukkig vindt Christopher Langdon (HAPPY DEATH DAY, HAPPY DEATH DAY 2U, FREAKY) de perfecte toon. Er is humor (vooral door de rol van Jeffery Self als extraverte ober), maar geen ironische knipoog, zoals Langdon die in zijn eerdere werk nog weleens gaf.

Langdon is een vakman met gevoel voor gelikte esthetiek. Een economisch verteller die de plot altijd voorop laat staan, maar graag gebruik maakt van de gelegenheid voor stilistisch spierballenvertoon als die zich aandient. Pretentieloos pronken. Waar veel thrillers tegenwoordig gefilmd zijn als sitcoms uit de jaren negentig, is DROP een ouderwets stijlvolle film, met rijke kleuren, subtiel ingenieuze shots en bij vlagen onbeschaamd expressionistisch gebruik van belichting.
Ach, wat jammer dat DROP na pakweg 75 heerlijke minuten het niveau in de finale niet zo hoog weet te houden. We krijgen een paar generieke, zwakke actiescènes en één comic relief-moment van het type dat in Langdons eerdere films misschien thuishoorde, maar hier nu juist zo verfrissend afwezig was. Bovendien krijgen niet alle mysterieuze plotelementen (ik zal niet in detail treden) een bevredigende uitleg.
Het komt vaak voor dat een thriller tot het laatste kwartier vermaakt met meeslepende vertelkunst en dan verzandt in voorspelbaar schieten, slaan en rennen, waarbij de schurken ondanks fysieke overmacht het onderspit delven omdat ze blijkbaar hun dag niet hebben. Altijd zonde, zo ook hier. Wat beklijft is gelukkig niet het tegenvallende toetje, maar het uitstekende hoofdgerecht.