Net zoals bij de meeste horrorfilms lijkt het Kwaad in de Canadese film GINGER SNAPS eerst van buiten te komen, maar ligt dit bij nader inzien stevig verankerd in het slachtoffer zelf.
De weerwolf die in een buitenwijk van Toronto opduikt moet dan ook, naar goed gebruik, worden opgevat als een heuse metafoor voor adolescentieproblemen. De zestienjarige Ginger heeft de volwassen wereld zo lang mogelijk op afstand proberen te houden, maar wordt op de dag dat ze voor het eerst ongesteld is prompt gebeten door die weerwolf, waarna de hel losbreekt. De volwassenen om haar heen hebben lange tijd niet door dat de wereld binnenin Ginger op zijn kop staat. Alleen haar leeftijdgenoten, die dezelfde onzekere tijden doormaken, zien hoe de innerlijke transformatie ook aan de buitenkant plaatsvindt, waarbij hoektanden en overmatige haargroei nog de minst zorgwekkende veranderingen zijn. Ginger heeft namelijk reuzenhonger: ‘I get this ache’, zegt ze, ‘and I thought it was for sex, but it’s to tear everything into fucking pieces.’
Vleselijke complicaties à la Cronenberg zijn in grote mate aanwezig, waarbij regisseur John Fawcett het hele fenomeen vrouw tot probleem heeft willen bombarderen. GINGER SNAPS stelt de weerwolfbeet voor als een seksueel overdraagbaar virus, en ontkomt daarbij niet aan psychologie van de koude grond (‘seks is spannend, maar slecht’). Het houdt de analogie met puberproblemen wel consequent tot het eind toe vol, als ook de zus van Ginger schoorvoetend wil toetreden tot de duistere wereld van de volwassen. In het echt duurt die toetreding jaren, zo niet decennia, maar die simplificatie, alsof iets afhangt van één moment, is GINGER SNAPS vergeven, omdat de meeste pubers het wel zo voelen.
Mooi uitgewerkt is de symbiotische relatie tussen Ginger en haar vijftienjarige zus, twee meisjes die zich afsluiten van de buitenwereld omdat deze toch niet begrijpt wat er binnen in hen omgaat. Ze doen niet gezellig mee met de groep, maar dwepen liever met de dood door geënsceneerde foto’s met zelfmoordscènes te maken. De hoop dat er iets groters bestaat dan zijzelf en de zichtbare wereld om hen heen drijft ze richting de vermaledijde wereld van de volwassenen. Die initiatie gaat gepaard met een bloedbad van jewelste, dat helaas in de lange finale van de film nogal vermoeiend wordt: ritme en tempo ontbreken compleet. Aan het eind is de weerwolfmetafoor wel uitgemolken, en is het zicht verloren op het innerlijk van de twee meisjes, waar de film zich toch lange tijd voor interesseerde.
Copyright Mariska Graveland. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Oorspronkelijk gepubliceerd in Schokkend Nieuws #52, september/november 2001.