us artwork scott saslow thumb
us artwork scott saslow thumb
TGIF
29 maart 2019

Thank God It’s Friday, 29 maart 2019

us artwork scott saslow thumbTGIF | De complexiteiten van US en het financiële succes van CAPTAIN MARVEL illustreren de pittige balanceeract die de film-community moet uitvoeren: die tussen objectiviteit en persoonlijke analyse.

US, de nieuwe Jordan Peele, draait net een week en het stikt al van de artikelen en filmpjes waarin de complexe film wordt ‘uitgelegd.’ Als je weet waar je moet zoeken, vind je tussen bergen clickbait een paar mooie analyses. De beste stukken erkennen dat geen enkele interpretatie definitief is. Het is bijvoorbeeld leuk om te weten dat de verwijzing naar THE LOST BOYS in US een bewuste keuze was, maar het is nog veel leuker om te lezen welke relevantie dat soort verwijzingen volgens een criticus hebben. En dan is het helemaal niet relevant of het nou Peeles bedoeling was of niet. Het is ook niemands bedoeling geweest dat een zonsondergang er mooi uitziet. Dit artikel citeert Peele: ‘Everything in this movie was deliberate, that is one thing I can guarantee you,’ en concludeert dat dus alle details in US nadere analyse verdienen. Ik zou zeggen dat elke film nadere analyse verdient, ook als de regisseur ‘maar wat doet.’ Filmanalyse kan ons genot van film vergroten, en veel vertellen over de cultuur waarvan een film het product is. En een lekkere discussie aanzwengelen, natuurlijk.

Daarom ben ik altijd sceptisch wanneer in filmkritiek geprobeerd wordt objectief te zijn. Het lukt ook zelden. Zo poogde Slate middels drie schalen (suspense, spookiness en gore) aan te geven hoe eng US nou eigenlijk is. Een handig hulpmiddel voor mensen die snel bang zijn, toe te passen op elke film. Een snelle blik op de schalen levert echter al discussie op. Zo wordt ‘Suspense’ gedefinieerd als ‘How much will you dread the next kill or jump scare’? US krijgt een 7 op die schaal, ALIEN een 10, GET OUT een 4. Tja, GET OUT heeft weinig jump scares, maar ik kan me de laatste keer niet herinneren dat ik in de bioscoop zó constant vreesde voor de veiligheid van een personage. Het is maar wat je suspense noemt. En dat THE TEXAS CHAIN SAW MASSACRE een 9 krijgt op de schaal gore, lijkt me bewijs dat de opsteller die film niet gezien heeft.

Of neem dit filmpje, waarin James Rolfe (de Angry Video Game Nerd) zo objectief en neutraal mogelijk probeert vast te stellen welke verfilming van Bram Stokers Dracula de meest getrouwe is. Daarvoor heeft hij een puntensysteem. Cijfers liegen niet. Elke film krijgt één punt voor elk aspect uit het boek dat erin zit. Maar hoe kan het ook anders: dat puntensysteem is hartsikke discutabel. Zo krijgen alle films waarin het personage Lucy voorkomt een punt voor haar aanwezigheid. Het ‘plotpunt’ dat Lucy’s mond na haar dood volgestopt wordt met knoflook, krijgt ook een volle punt. Bestaat er een lezer die deze twee elementen even belangrijk vindt?

‘Winnaar’ van het Dracula-onderzoek is de BBC-versie uit 1977. Op de tweede plaats Francis Ford Coppola’s bewerking, en helemaal onderaan NOSFERATU (1922). Ik denk dat graaf Orlok, de vampier uit laatstgenoemde film, veel meer gemeen heeft met Stokers idee van Dracula dan de charmante, tragische versie die Gary Oldman speelde in Coppola’s kostuumdrama. Stoker beschreef een weerzinwekkende man, geen romantische verleider. Maar Rolfe kent alleen punten toe voor de aanwezigheid van personages: of ze echt lijken op hun equivalent in het boek, speelt geen rol in de telling. Ja, of Dracula een snor heeft, dat maakt uit. Daarvoor krijgt alleen Jesús Franco’s versie een punt. Ik vind het op zich bewonderenswaardig, hoor, die lekker nerdy onderneming van Rolfe. Maar de suggestie dat de gezichtsbeharing van Dracula belangrijker is dan zijn karakter illustreert het probleem van pogingen tot objectiviteit: alleen de zaken die neutraal vast te stellen zijn, tellen nog mee.

Het wordt al helemaal erg als een ‘expert’ komt vertellen wat er ‘niet klopt’ aan een film. Bear Grylls legt uit waarom Sandra Bullock BIRD BOX waarschijnlijk niet had overleefd. Kan het een keer afgelopen zijn met die experts-beoordelen-films-over-hun-vakgebied-trend?

Ik wil niet zeggen dat objectiviteit helemaal geen plaats heeft in kritiek. Deze bespreking van de BUFFY THE VAMPIRE SLAYER-remaster, bijvoorbeeld, legt uit waarom er flinke fouten gemaakt zijn bij onder meer de kleurcorrectie – ik denk niet dat daar veel over te discussiëren valt. Evenmin is discussie mogelijk over het feit dat Dick Maas’ PROOI, geflopt in Nederland, een kassucces is in China. Wel over de reden daarvoor. Mogelijke verklaring: de Chinese censuurwetten verbieden films die bijgeloof zouden aanwakkeren, waardoor de meeste horrorfilms er niet verschijnen. Chinees publiek dat hunkert naar horror kan het hart ophalen bij een monsterfilm over een leeuw: gewoon een bestaand beest.

Het is bizar dat de vraag hoe succesvol een film was het onderwerp kan zijn van een ideologische discussie, maar dat is het geval bij CAPTAIN MARVEL: op social media stikt het van de trollen die uit aversie jegens politieke correctheid, of gewoon uit vrouwenhaat, doen alsof die popfeministische hit eigenlijk een financiële flop is. In dit filmpje worden een aantal mythes onderuit gehaald. Een voorbeeld van filmjournalistiek waarbij objectiviteit wél welkom is. Als je het wil hebben over de politieke kant van superheldenfilms, is enige historische feitenkennis trouwens ook geen overbodige luxe. Want ongeacht je mening over puur escapisme: superheldenstrips zijn altijd politiek geëngageerd geweest.

In een tijd waarin de werkelijkheid steeds minder betekenis krijgt, is het belangrijk feiten te herkennen en hun belang in te zien – maar ook te erkennen dat een analyse van die feiten al snel gekleurd is. Een moeilijke, maar noodzakelijke balanceeract. Ik hoop dat we het aankunnen. Wat helpt, is af en toe gewoon genieten van esthetiek. Daarom ter afsluiting een filmpje over de indrukwekkende animatie van een van de beste films die vorig jaar verscheen. Kritisch weekend!

Fan van horror, sci-fi en cult?

Neem een abonnement!

Ons magazine bevat nóg meer en staat vol interviews, recensies en achtergronden.
Voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat!
Liever digitaal ontvangen? Dat kan ook!