In 1984 publiceerde Stephen King het boekje Thinner onder het pseudoniem Richard Bachman. King gebruikte die schuilnaam om te testen in hoeverre zijn naam het succes van zijn boeken bepaalt. Uitslag van de test: Bachman’s Thinner bleef in de schappen liggen, terwijl na onthulling van ’s mans ware identiteit King’s Thinner gretig aftrek vond.
Twaalf jaar later moet de schrijver toezien dat de verfilming ervan in Amerika aangeprezen wordt met de slogan ‘More terror. Less filling’. Vermoedelijk hebben de bedenkers van deze geinige woordspeling er niet de ironie van ingezien, want ze hadden toch kunnen vermoeden dat het grootste plezier tijdens het kijken bestaat uit het bedenken van synoniemen voor het woord ‘mager’, toegepast op zelfstandige naamwoorden als ‘script’, ‘acteerwerk’ en ‘verbeelding’.Â
Regisseur Tom Holland (FRIGHT NIGHT, CHILD’S PLAY) had het zich vast anders voorgesteld: leen de faam van Stephen King, sier de film op met wat wraakacties en vervloekingen en het geld stroomt binnen. Lang duurde het echter voordat Holland en McDowell het script voltooiden, om uiteindelijk met een belabberde bewerking op de proppen te komen. Het verhaal is grotendeels intact gehouden: een zwaarlijvige, amorele advocaat (Burke) rijdt een zigeunerin overhoop, weet door vriendjespolitiek te ontkomen aan een veroordeling, waarna een vervaarlijk uitziende zigeunerleider de man vervloekt door het woord ’thinner’ in zijn oor te fluisteren. De dikzak vermagert in een rap tempo en is de gehele film flink in de weer om de vloek op te heffen. Zijn twee corrupte collega’s hebben ook een bezoekje gehad van de zigeuner, zodat zij op hun beurt kampen met een hagedissenvel en een wrattenhoofd.
Dit klinkt leuker dan het is, want slechts met grote moeite is er in het goedkope kleimasker van de laatste een angstaanjagende mutant te herkennen. Holland besteedde een groot deel van het vermoedelijk lage budget liever aan de metamorfose van Robert John Burke (SIMPLE MEN, ROBOCOP 3), die tijdens de film van 150 kilo naar 75 kilo inkrimpt met behulp van veel kunstmatige opvulling en een likje oogschaduw op de jukbeenderen. De film komt pas echt in de problemen op het moment dat je de man het liefst in zijn geheel zou zien verschrompelen, wat niet alleen een origineel special effect had kunnen opleveren, maar je ook zou verlossen van zijn irritante aanwezigheid.
Wat de film op het nippertje redt is de onbedoeld lachwekkende en tegelijkertijd grimmige ontknoping. Desondanks is het Holland nog het meest aan te rekenen dat hij de controverse rondom zijn CHILD’S PLAY niet heeft aangegrepen om via een spraakmakende film zijn weerwoord te geven, maar in plaats daarvan met een afgekloven bot aan komt zetten.
Copyright Mariska Graveland. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #32, oktober/november 1997.