IFFR | SATAN’S SLAVES is een remake van de gelijknamige Indonesische horrorklassieker uit 1982. Het origineel heb ik niet gezien, dus ik kan je niet vertellen of de remake beter of slechter is. Wat ik wel kan vertellen is dat Joko Anwars versie een sfeervolle spookfilm is waar Blumhouse nog een puntje aan kan zuigen.
Als we de trivia op IMDb mogen geloven was de remake een pet project van de regisseur van DEAD TIME: KALA (2007). PENGABDI SETAN (Sisworo Gautama Putra, 1982), zoals de originele Indonesische titel luidt, maakte diepe indruk op de jonge Anwar. Hij lobbyde jarenlang bij Rapi Films om toestemming te krijgen voor een remake. Daar hebben ze ongetwijfeld geen spijt van, want SATAN’S SLAVES was vorig jaar een kaskraker in Indonesië en is inmiddels verkocht aan meer dan 25 landen.
Dit klassieke spookverhaal speelt zich af in 1981. De moeder van Rini is al jaren doodziek en vanwege de hoge kosten van haar medicijnen heeft het gezin bijna geen geld meer. Wanneer moeder overlijdt, trekt vader noodgedwongen naar de stad om te werken. Rini blijft met haar drie jongere broers en haar grootmoeder achter in het ouderlijk huis. Al snel wordt het rouwende gezin geplaagd door een spookverschijning. Is het de rusteloze geest van moeder of heeft een andere entiteit het op Rini en haar familieleden voorzien?
De keuze van Anwar om het verhaal zich in 1981 te laten afspelen komt waarschijnlijk voort uit zijn liefde voor het origineel. Dat pakt goed uit. Hoewel er ongetwijfeld verwijzingen inzitten naar Putra’s versie en het horrorclichés regent, is SATAN’S SLAVES niet de zoveelste hippe jaren ’80 hommage maar vooral een sfeervolle en bij vlagen lekker griezelige period piece. Het prachtige camerawerk – lange shots en een effectief gebruik van dutch angles – de overtuigende art direction en het geloofwaardige acteerwerk trekken je, geholpen door de duistere soundtrack, het verhaal in waardoor je de meeste clichés beleeft alsof je ze voor het eerst ziet. Nooit gedacht dat ik weer de bibbers zou krijgen van een langspeelplaat die achterstevoren wordt gedraaid. Anwar krijgt het voor elkaar. En oh, dat belletje!
Minpuntjes zijn er ook. Anwar heeft overduidelijk met een schuin oog naar zijn Amerikaanse collega’s gekeken en net iets te veel Blumhouse-schrikeffecten in zijn film gestopt. Het is één van de weinige clichés die niet goed werkt. Daarnaast is het achtergrondverhaal over de oorsprong van al het satanistisch gespook net iets te ingewikkeld, waardoor je aan het eind met nog wat vraagtekens zit. Heel storend is het niet. Het verhaal biedt genoeg aanknopingspunten om je eigen antwoorden te kunnen bedenken en nodigt uit om de film meerdere malen te bekijken.
SATAN’S SLAVES is alleen op 3 februari nog te zien nog te zien tijdens het International Film Festival Rotterdam. Copyright: Erik van ’t Holt. Overname uitsluitend naar goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 1 februari 2018.