RECENSIE
DVD

Freaks(1932)

Tientallen jaren verguisd als de weerzinwekkendste film aller tijden, werd Tod Brownings FREAKS (1932) in de jaren zestig herontdekt als een bevrijdende ode aan de outsider. De film, met zijn cast van lichamelijk en geestelijk gehandicapte personages, trok in triomf door het festivalcircuit en hippies en andere vreemde vogels adopteerden de titel als geuzennaam.

Veertig jaar na die comeback kan freaks aan de hand van zijn recente dvd-release met een wat objectiever blik worden bekeken: als een mijlpaal in het genre, waarvan de gebreken minstens zo in het oog springen als de verdiensten.

Regisseur Tod Browning (1880-1962) beleefde zijn gloriejaren vóór de komst van de geluidsfilm, die wonderlijke tijd waarin een blik of een snik van een acteur, ondersteund door bijpassende klanken uit het bioscooporgel en eventueel aangevuld door de tekst op een titelkaart, het hele verhaal moest vertellen. Met de in 1930 aan longkanker overleden Lon Chaney sr. in de hoofdrol, maakte Browning een reeks morbide melodrama’s, waarvan THE UNKNOWN (1927), over een messenwerper in het circus die uit liefde zijn armen laat amputeren, het groteske hoogtepunt vormt. DRACULA (1931) geldt als de klassieker uit zijn oeuvre, maar voor de moderne kijker levert de film, ondanks de prachtige expressionistische vormgeving, vooral een vermoeiende zit op.

De overgang naar de geluidsfilm ging Brownings collega James Whale (FRANKENSTEIN, THE INVISIBLE MAN) een stuk beter af. Tegen Whales visuele zwier en superieure gevoel voor ironie steken de geluidsfilms van Browning af als krukkig geënsceneerde toneelstukjes tussen de schuifdeuren. Dat geldt zeker voor de eerste drie kwartier van het 62 minuten durende FREAKS, waarin professionele en non-professionele acteurs de circusambiance in knullige dialoogjes tot leven moeten brengen. Het is niet de enige reden waarom de film gedateerd aandoet. Waar Dracula en het monster van Frankenstein het eeuwige leven lijken te hebben en thema’s belichamen die steeds weer voor hergebruik in aanmerking komen, behoort de mismaakte circusartiest van Browning als volksvermaak tot de voltooid verleden tijd. De sideshow, met zijn menselijke monstrositeiten, is anno 2004 geen bron van huiver meer, hoogstens een object van historische studie. En het is al helemaal ondenkbaar dat een geestelijk gehandicapte als de ‘pinhead’ Schlitze nu nog in een jurk zou worden gehesen om een beetje schaapachtig in de camera te grimassen, hoe vertederend het er uiteindelijk ook zou uitzien. 

Maar al is Browings werk om verschillende redenen niet meer van deze tijd, de ambivalentie die aan zijn beruchtste film ten grondslag ligt blijft fascineren. De regisseur, zelf afkomstig uit de circus- en vaudevillewereld, moet heel goed hebben beseft dat het commerciële welslagen van zijn film voor een groot deel afhankelijk was van het schokeffect dat hij zou teweegbrengen. Aan de andere kant spreekt uit zijn aanpak oprecht respect voor de bizarre entourage van verschoppelingen die, behalve uit dwergen, zwakzinnigen en mensen zonder ledematen, bestaat uit een bebaarde vrouw, een levend skelet, een siamese tweeling en een hermafrodiet. Misschien wel de meest beklagenwaardige speling der natuur onder hen is ‘Prince Randian’, een zwarte, als een tochtworst verpakte man zonder armen én benen. Maar wanneer Randian voor de camera met groot gemak een zelf gerold shaggie aansteekt, is dat niet zozeer een knap trucje als wel een terloops blijk van zelfredzaamheid, dat door Browning liefdevol in beeld wordt gebracht. Brownings freaks, hoe gehandicapt ook, zijn eigenlijk helemaal niet zo zielig of eng. Doordat hij ze nauwelijks laat zien in hun hoedanigheid van sidehow-attractie, maar als mensen die achter de schermen van de showbiz precies zo praten, drinken, eten en liefhebben als ieder ander, verliezen ze hun fysieke afstotelijkheid. De echte monsters in de film zijn juist de normaal geschapen trapezewerkster Cleopatra (Baclanova) en haar aanbidder, de krachtpatser Hercules (Victor), die het op het fortuin van de dwerg Hans (Harry Earles) hebben gemunt. Wanneer Hans zich, tot verdriet van zijn verloofde Frieda (Daisy Earles, in werkelijkheid Harry’s zuster), laat inpalmen door Cleopatra en toestemt in een huwelijk, halen we niet alleen maar onze schouders op over zoveel naïviteit. Acceptatie door een vrouw van normale omvang betekent voor Hans dat hij door de maatschappij letterlijk en figuurlijk voor vol wordt aangezien. Een logische en eigenlijk hartverscheurend begrijpelijke redenering.

Het bruiloftsfeest van Hans en Cleopatra is, meer nog dan het nachtmerrie-achtige maar afgeraffelde eind, het pièce de résistance van de film. Op de commentaartrack wijst David J. Skal (o.a. co-auteur van de Browning-biografie Dark Carnival) erop dat de hele sequentie niets aan kracht zou hebben ingeboet, wanneer hij zonder geluid zou zijn gedraaid. De uitgelatenheid van de freaks, de droevige blik van Frieda, de blijdschap van Hans en de close-up van Cleopatra die onder tafel vergif in Hans’ champagne druppelt – het zijn beelden die inderdaad voor zichzelf spreken. Volgens Skal zou Browning met de door de freaks gescandeerde onzintekst ‘gooble-gobble, gooble-gobble’ bovendien een lange neus hebben willen trekken naar wat hij als een modegril beschouwde: geluid. Dat lijkt wat vergezocht, maar het is waar dat de sterkste scènes uit FREAKS hoogstens wat effectgeluid nodig hebben. Nadat Cleoptra haar ware aard heeft laten zien, door tijdens het feest woedend van tafel op te springen en het gezelschap haar afschuw in het gezicht te smijten (‘You dirty, slimy freaks!’), laat Browning definitief de duisternis intreden. Letterlijk door de apotheose in nachtelijk onweer te situeren, figuurlijk door zijn freaks samen te laten optrekken in een gruwelijke wraakactie tegen Cleopatra en Hercules. Het beeld van de van haat vervulde freaks die door de modder op hun prooi toe kruipen, is huiveringwekkend, ook nu nog. Op de geluidsband knetteren alleen donder en bliksem. 

De versie van de film die jarenlang voor de meest gangbare werd gehouden, eindigt met een shot van een kwakende, met veren beplakte Cleopatra zonder onderlichaam. De suggestie is duidelijk: de freaks hebben hun tijdens de bruiloft aangeheven ‘we accept her, one of us’, in daden omgezet. In het oorspronkelijke scenario suggereert het beeld van Hercules als zingende castraat dat de freaks ook zijn onderlichaam niet ongemoeid hebben gelaten. Dat laatste bleef onverfilmd, net als de scène waarin Cleopatra onder een door de bliksem getroffen boom bekneld raakt en de freaks het karwei afmaken. Het doet overigens weinig af aan de gruwelijkheid van hun (geïmpliceerde) daden. In een onhandige coda, waarvan twee versies als extra’s op de dvd zijn te vinden, probeert Browning Hans’ aandeel in wraakoefening te minimaliseren, opdat de kijker althans voor dit personage zijn sympathie behoudt. Geplaagd door schuldgevoelens heeft de kleine man zich teruggetrokken in een landhuis, waar hij enige tijd na de gebeurtenissen bezoek krijgt van Frieda. ‘But Hans, you tried to stop them, it wasn’t your fault’, zijn de woorden waarmee ze hem tenslotte troostend in haar armen sluit. Brownings poging om de wrede grap van Cleoptra’s transformatie weg te moffelen achter dwergentraantjes, mocht niet baten. FREAKS kreeg er van verontwaardigde recensenten zo ongenadig van langs, dat het geschrokken MGM de film al snel uit roulatie haalde. De pers was niet de enige boosdoener. Onder druk van de toenemende kritiek uit religieus-conservatieve hoek voelden de grote studio’s zich meer en meer genoodzaakt zelfcensuur toe te passen. Het was ook de tijdgeest die zich tegen Browning keerde.

De regisseur zou de klap nooit meer helemaal te boven komen en gooide zeven jaar na FREAKS, op 59-jarige leeftijd, de handdoek in de ring. Op een enkeling na beschouwden ook de hoofdrolspelers de film als een smet op hun cv. Toen Skal eind jaren tachtig de dwerg Angelo Rossito (wiens carrière zich zou uitstrekken tot MAD MAX: BEYOND THUNDERDOME uit 1985!) wilde interviewen over diens ervaringen op de set van FREAKS, hield deze de kaken stijf op elkaar. Maar in een speciaal voor deze dvd-uitgave gemaakte documentaire zijn het juist de levensverhalen van Rossito en zijn collega-freaks die voor het zout in de pap zorgen. Er zijn grappige anekdotes, zoals die over de zonder onderlichaam geboren Johnny Eck, die met zijn ‘complete’ tweelingbroer meedeed aan een act, waarbij de broer zogenaamd in tweeën werd gezaagd en Johnny als de bovenste helft van diens lichaam het publiek vervolgens de stuipen op het lijf joeg. En er is het droevige verhaal van de siamese tweeling Daisy en Violet Hilton, die als baby’s door hun moeder werden verkocht aan een vrouw die de nieuwe aanwinst onmiddellijk te gelde zou maken in het freakshow-circuit. Na een succevolle periode ging het in de jaren vijftig/zestig snel bergafwaarts met de zusters, die aan het eind van hun leven een armzalig fruitstalletje dreven. In een scène uit FREAKS worden de zusjes, dan halverwege de twintig, op zeker moment door twee mannen tegelijk het hof gemaakt, en je kunt niet anders concluderen dan dat Brownings ze hier hun finest hour liet beleven. In later jaren is wel gesuggereerd dat de belangstelling van de regisseur voor lichamelijke afwijkingen niet alleen uit sympathie voortkwam, maar ook een duistere, seksueel perverse kant had. Wat daar ook van waar mag zijn, in FREAKS is Brownings blik op zijn misfits, behalve mededogend, ook onbevooroordeeld en grotendeels onsentimenteel.

Copyright Phil van Tongeren. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #66, voorjaar 2005.

1 maart 2005
  • Titel
    Freaks
  • Lengte
    64 minuten
  • Regie
    Tod Browning
  • Scenario
    Clarence Aaron 'Tod' Robbins, Willis Goldbeck, Leon Gordon
  • Cast
    Wallace Ford, Leila Hyams, Olga Baclanova
  • Taal
    English, German, French
  • Land
    United States
  • Trailer
Meer Horror
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments

Ons magazine bevat nóg veel meer.

Word abonnee!

Als je houdt van de genrefilm, is ons magazine echt wat voor jou.
Neem een abonnement en voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat.