Twee mensen in een kamer, meer is niet nodig om een groot drama te ontketenen. Het samenzijn kan ook uitlopen op een liefdesverhaal of een komedie, maar niet in handen van de Japanner Ryuhei Kitamura. Hij zoekt het klassieke duel: wie is de jager en wie is de prooi? En als je moet kiezen, wil je dan liever moordenaar zijn of slachtoffer?
In THE DUEL PROJECT zet Kitamura zijn tanden weer diep in deze materie, en hij laat niet los totdat de laatste bloeddruppel eruit is geperst. THE DUEL PROJECT is ontstaan in een hotelbar waar de gearriveerde regisseur Yukihiko Tsutsumi de jonge hond Kitamura uitdaagde voor een duel. Beiden moesten een film maken die aan strikte regels was gebonden. Het uitgangspunt van het scenario was eenvoudig: twee mensen zijn in één ruimte één nacht bij elkaar. Aan het eind is er iemand dood. De draaiperiode was een week en beide regisseurs kregen hetzelfde budget. De producent werd snel gevonden: Shinya Kawai (RINGU) loodste THE DUEL PROJECT binnen drie maanden naar de eindstreep.
Het resultaat is een tweeluik waar wel wat op af te dingen valt. Vooral, 2LDK, de bijdrage van Tsutsumi heeft weinig om het lijf. Tsutsumi, gevestigd regisseur van commercials, clips, tv-series en films, zette in 2LDK twee rivaliserende actrices in een appartement, waar ze elkaar met alle mogelijke huishoudelijke middelen te lijf gaan. De bitches zijn tegenpolen: de één is ijdel en heeft een eervolle vermelding overgehouden aan een zachte-huidwedstrijd, de ander heeft geen boodschap aan dure crèmes. Het is Chanel versus naturel. Regisseur Tsutsumi heeft met simpele middelen een simplistische film afgeleverd.
Ryuhei Kitamura, die eerder met eigen geld en vrienden VERSUS maakte, voegde meer mysterie toe aan zijn bijdrage ARAGAMI. Onweer, regen en een gruwelijke berglegende vormen de achtergrond voor een confrontatie tussen een samoerai en een vreemde bewoner van een tempel. Anders dan in 2LDK is hier sprake van een interessant machtsverschil, waarbij de één de ander om zijn vinger probeert te winden. Curieus is wel de muzak die op de geluidsband klinkt, terwijl de twee mannen een diepzinnig gesprek over sterven aan het voeren zijn. ARAGAMI is, hoewel rustig en sfeervol gefilmd, geen groot werk, maar Kitamura wint uiteindelijk wel het duel met Tsutsumi: niet zozeer door eigen uitzonderlijke verdienste, maar omdat de tegenstander zo zwak was.
Wat Kitamura verder in zijn mars heeft, is te zien in twee andere films van zijn hand die op dvd uitkomen: SKY HIGH en AZUMI. Met SKY HIGH hebben Kitamura en co-regisseur Norio Tsuruta een elegante bovennatuurlijke actiefilm afgeleverd, die zich meer op de personages richt dan op het spektakel. De ietwat geforceerde plot, gebaseerd op een manga, draait om uitgerukte harten van mooie meisjes, onbereikbare liefde en het hiernamaals. Wat begint als een seriemoordenaarsfilm, compleet met bebloede bruid, mondt uit in een liefdesfilm die ons op het hart drukt om het leven ten volle te leven. Het camerawerk is gracieus, maar ook nogal klinisch, hoewel er gaandeweg wat meer leven in de film wordt gepompt.
De historische zwaardvechtersfilm AZUMI heeft vanaf het begin levendige personages. Als een stel dolle honden ravotten de jonge degenkletsers door het beeld. Ze worden getraind om te moorden en dus om onmenselijk te worden. Hun tegenstanders zijn de krijgsheren die de oorlogen hebben ontketend. Maar hoe meer ellende ze om zich heen zien, hoe meer ze zich afvragen of hun missie wel zin heeft. Vrouwelijke hoofdpersoon Azumi, die te boek staat als de beste zwaardvechter van het land, vraagt zich af hoe ver de hemel reikt: ze wil een ander leven gaan leiden en hoopt dat voorbij de horizon te vinden. Zo kijkt Kitamura weer verder dan de zichtbare wereld: in ARAGAMI was dat de gesloten wereld van het kwaad, in SKY HIGH het leven na de dood en in AZUMI het leven dat je zou willen leiden. Nu nog wat meer oorspronkelijkheid en vitaliteit in de films zelf en Kitamura zit op de goede weg.
Copyright Mariska Graveland. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Origineel gepubliceerd in Schokkend Nieuws #67, najaar 2005.