Het valt niet mee een tienermeisje te zijn. Al die veranderingen in je lichaam, het sociale wespennest op school… en dat is dan nog zonder de bovennatuurlijke complicaties van TIGER STRIPES.
We ontmoeten de twaalfjarigen Zaffan, Farah en Mariam als ze in het toiletblok van hun islamitische school een Tik-Tokdansfilmpje aan het opnemen zijn. De rollen zijn meteen duidelijk: Zaffan is de uitbundige, de durfal, de eerste die een beha draagt. Farah is duidelijk de baas, maar ook bang haar status kwijt te raken. En Mariam is de meeloper, die de andere twee goed in de gaten houdt, om te proberen erachter te komen hoe ze zich moet gedragen.
Vanaf die eerste scène maakt beginnend regisseur Amanda Nell Eu gebruik van contrasten. Tussen de meisjes, maar ook tussen de Tik-Tokstijl en de hoofddoek die Zaffan vrolijk van haar hoofd trekt. Tussen de school en de jungle die eraan grenst. Tussen de kinderlijkheid van de meisjes – ze plakken nog overal stickers op – en de volwassen wereld die ze binnenkort zullen moeten betreden.
Want Zaffan wordt ongesteld, als eerste van haar klas. In eerste instantie vindt ze het wel prima, vooral omdat ze het gebed mag overslaan. Maar anderen vinden het smerig. En ze heeft jeuk, de hele tijd. De meisjes vertellen elkaar horrorverhalen. Over demonen die afkomen op het bloed, of juist over vrouwen die demonisch werden en wegrenden naar de jungle.
Dat de jeuk een teken is van wat ongebruikelijkere lichamelijke veranderingen, met flair voor bodyhorror in beeld gebracht, zal geen grote verrassing zijn. Dat er wat bloeddorstigheid bij komt kijken ook niet. In de afhandelijk merk je soms ook wel dat Amanda Nell Eu een beginnend regisseur is: de spanningsboog zwabbert, waarbij niet altijd even duidelijk is hoe erg de situatie nu eigenlijk geëscaleerd is.
Tegelijkertijd is goed te snappen waarom deze film vorig jaar in Cannes de prijs van de Semaine de la critique won: de plot mag dan niet altijd even samenhangend zijn, Eu heeft haar personages – en de talentvolle tieners die ze gevonden heeft om ze tot leven te brengen – strak in de hand. Ze balanceren op het randje, het ene moment kind, het volgende moment vrouw; elk moment vol leven.
Daar komt bij dat Eu goed gebruikt maakt van de Maleisische setting en de speelse kant van de Zuid-Oost-Aziatische genrefilm. De emoties worden serieus genomen, maar de effecten zijn soms lekker over-the-top, zonder enige pretentie van realisme. Laat in de film komt een typische lokale genezer opdagen. Zo serieus als hij zichzelf neemt, zo belachelijk maakt de film hem, en de macht die hij meent te hebben. Hij staat symbool voor hoe lastig een patriarchale samenleving het soms vindt om vrouwen te accepteren zoals ze zijn. Het is dan ook de moeite van het vermelden waard dat de film in Maleisië zodanig verknipt werd dat de regisseur er afstand van deed.
Zonde. Want juist door de alledaagse horror van de tienermeisjeservaring in een horrorjasje te gieten, weet Eu die ervaring heel goed invoelbaar te maken. Als iets buitenissigs, goors en onheilspellends. Maar uiteindelijk ook als een mogelijkheid tot bevrijding.