Autodidact Andrew Patterson maakte ver van het Hollywood-systeem zijn debuut met een puntgave genrefilm die de komst van buitenaardse wezens op zeer intieme schaal bekijkt – en aanhoort.
In een sterrenrestaurant at ik ooit een hemelse bereiding van witlof en sinaasappel. Dat is een geijkte combinatie – kookdatabase Allerhande spuugt zo twintig vrijwel identieke recepten rond die twee ingrediënten uit. Maar in dat sterrengerecht proefde het als nieuw. Het frisse bitter van de witlof tegenover het tintelende zoet van de sinaasappel, beide tot hun essentie teruggebracht en tegelijkertijd perfect met elkaar in balans.
Vanwaar dit uitstapje naar de culinaire journalistiek? Omdat THE VAST OF NIGHT datzelfde effect heeft. De ingrediënten van de film zijn overbekend – een stoffig Amerikaans dorpje in de jaren vijftig, vreemde gewaarwordingen in de lucht, vliegende schotels. Maar in de uitvoering door regisseur Andrew Patterson voelt het fris, enerverend, uniek, nieuw. Dat is des te bewonderenswaardiger als je weet dat Patterson een autodidact is, net als een flink deel van zijn cast en crew, en dat dit zijn speelfilmdebuut is. In kleine dorpjes in Pattersons home state Oklahoma en het naburige Texas maakten ze hun film, ver van de Hollywood-machine. Vervolgens werd THE VAST OF NIGHT in 2019 opgepikt door het festival Slamdance (het alternatieve broertje van Sundance), en toen door het grotere Toronto, en daarna aangekocht door Amazon. Zo is Pattersons achtertuin-productie ineens wereldwijd te zien.
De film volgt de jonge Fay (Sierra McCormick), die achter het schakelbord van de plaatselijke telefooncentrale werkt, en de iets oudere Everett (Jake Horowitz), de nacht-DJ van het lokale radiostation. Als Fay een vreemd soort ruis op de lijn ontvangt, belt ze Everett voor hulp, die op zijn beurt zijn luisteraars inschakelt. Zo begint een nachtelijke speurtocht die zo goed als in real time wordt gevolgd.
Dat de beide hoofdpersonages werk doen dat draait om geluid is geen toeval, want hetzelfde geldt voor THE VAST OF NIGHT. Op de apotheose in de laatste minuten na, blijven de fantastische elementen in de film beperkt tot de geluidsband. Daarop horen we de vreemde geluiden die Fay in de telefooncentrale opvangt, en de verhalen van twee ooggetuigen die inbellen naar Everetts radioshow.
THE VAST OF NIGHT steunt voor zijn verhaal zozeer op het geluid, dat het verleidelijk is om de film een hoorspel te noemen – een moderne variant op THE WAR OF THE WORLDS, waarnaar Patterson openlijk verwijst in de naam van Emmetts radiozender, die de afkorting WOTW draagt. En voor een minuut of tien midden in de film wordt het ook écht een hoorspel: het beeld gaat op zwart. Maar die vergelijking doet de film tekort, want het visuele vormt juist in zijn doodgewone jaren-vijftig-alledaagsheid de solide basis voor het verhaal. Patterson en cameraman Miguel Ioann Littin-Menz hanteren een uiterst klassieke stijl, en zetten met hun schaduwrijke, mistige dorpsbeelden effectief de toon. De film zit vol lange, vaak complex gechoreografeerde scènes die het vroege werk van Spielberg in herinnering roepen.
De grote kracht van THE VAST OF NIGHT is dat hij dat soort verwijzingen niet uit de weg gaat, maar juist omarmt. Niet alleen naar Spielberg of WAR OF THE WORLDS, maar bijvoorbeeld ook naar THE TWILIGHT ZONE wordt expliciet verwezen. Zo krijgt een onervaren debutant het voor elkaar om, op de schouders van die grootheden, een uitgekauwd genre met doodgekookte ingrediënten als nieuw te doen proeven.
Distributie: Amazon Prime. Copyright Joost Broeren-Huitenga. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Online gepubliceerd op 5 juni 2020.