Op 1 april a.s. vieren we ons jubileum in Filmtheater Kriterion in Amsterdam. Zorg dat je het niet mist, want we hebben een filmquiz, een live opname van onze podcast en twee toffe films! Ter voorbereiding keken we op deze site al terug op onze ontstaansgeschiedenis en onze eigen filmzondes. Het mooiste van schrijven voor een blad als Schokkend Nieuws is natuurlijk dat je een excuus hebt om je helden en heldinnen te spreken – al sta je soms wel met een mond vol tanden als je hoort wat ze te vertellen hebben…
5. FRANCO NERO
Hij sms’te in 2012 vanuit New York: “Bel me morgen in Rome.” Vervolgens hing Barend de Voogd bijna twee uur aan de telefoon met de goedlachse Italiaanse spraakwaterval. Franco Nerosparo, alias Franco Nero, vertelde honderduit over zijn rollen in DJANGO (Sergio Corbucci, 1966), KEOMA (Enzo Castellari, 1976) en zélfs over zijn rare blonde pruik in SHARK HUNTER (Enzo Castellari, 1979). Het volledige interview staat in SN #99.
“Enzo Doria kwam op 10 augustus naar Rome en hij wilde een film maken, SHARK HUNTER. Hij had alles al geregeld in Mexico: een vliegtuig, archiefbeelden, haaien, enzovoort… Wanneer wil je het doen? vroeg ik.
‘Nu.’
Wat bedoel je? Nú?
‘Binnen een week.’
Wie gaat er dan regisseren?
‘Ik ga regisseren.’
Vergeet het! Ik zal wat mensen bellen. Dus ik bel Enzo [Castellari]. Wat ben je aan het doen?
‘Ik ben een film aan het voorbereiden.’
Nee, stop, kom onmiddellijk naar mijn huis! Ik zei: Enzo, we gaan SHARK HUNTER filmen in Mexico. Ik vond het een prachtidee.
‘Wanneer gaan we?’
Nu!
‘Nú?’
Ja, nu! Kom op, we gaan! Het scenario was geschreven door Alfredo Giannetti, die een Oscar heeft gewonnen voor DIVORCE ITALIAN STYLE (1961). We moesten het script nog in het Engels vertalen, maar we hadden geen tijd. We moesten vertrekken! Ik zei: Enzo, ik zie er helemaal niet uit als een Shark Hunter. Ik heb kort haar en een snor van mijn vorige film. Ik moet een pruik hebben of zo. Dus we begonnen alle haarstudio’s in Rome te bellen, maar alles was dicht. Uiteindelijk vond ik een vrouw die zei: ‘Ik heb nog wel iets liggen…’”
4. LUCIO FULCI
Het interview verscheen in SN #17. Fulci, de bedenker van de legendarische splinter-in-het-oog scène in ZOMBI 2 bleek een kwetsbare, oude man geworden te zijn die opeens behoefte beweerde te hebben aan… subtiliteit?!: “… mijn [ gore] effecten [staan] in dienst van het verhaal, terwijl ze in NEKROMANTIK totaal gratuit zijn. Maar zo zijn Duitsers. Ik ben zeven jaar getrouwd geweest met een Duitse en geloof me, het is een erg slim en intelligent volk, maar ze kennen geen subtiliteit. Ze hebben acht miljoen joden omgebracht en zijn tegelijkertijd gek op honden. Mijn vrouw had acht van die beesten, maar als ze een kind zag lijden liet het haar volkomen onverschillig.”
3. BRIAN TRENCHARD-SMITH
Onvergetelijk was bijvoorbeeld zijn uitleg over de ontstaansgeschiedenis van STUNT ROCK (1978) met onze eigen Monique van de Ven: “Iedere filmmaker heeft soms een wild idee. Er is een systeem dat voorkomt dat zo’n idee ooit op het doek belandt, maar in dit geval faalde het systeem. Ik kreeg het idee voor STUNT ROCK toen ik onder de douche stond. Ik dacht: beroemde stuntman meets beroemde rockgroep: the kids will love it! Misschien had ik me die dag beter niet kunnen wassen.”
Brian Trenchard-Smith is een schaamteloos commerciele en opportunistische filmmaker die zichzelf gelukkig absoluut niet serieus neemt. Op de vraag welke film hij nog wel eens zou willen maken antwoordde hij: “KISS THE BLOOD OFF MY CARBURATOR, ik zou graag nog eens zo’n horrorkomedie maken. RAMBO 8 heb ik eigenlijk al gedaan, alleen dan in een lesbische versie: IN HER LINE OF FIRE (2006). […] De lange, knappe Mariel Hemingway speelt de hoofdrol in mijn lesbische RAMBO. Dat levert dan wel geen film op met extensive muff diving or dildo manipulation, maar wel heel veel actie en twee lesbische kussen die je er makkelijk uit kunt knippen. En daar maak je dan weer een heteroversie van en die noem je… AIRFORCE 2!”
2. JOHN WATERS
“Hij was een Drag Terrorist. Mensen waren echt bang voor Divine! Ik scheef een speech voor hem die hij deed voor de People’s Temple, een kerk in San Francisco. Hij riep dan dingen als: ik volg hippies naar huis, ik dood hun huisdieren, ik eet blanke kindertjes. En ze vonden het prachtig! Maar de echte drag queens haatten het. Zij begrepen dat het een parodie was. Ze ontweken hem. Telkens als een van mijn films ergens werd vertoond, deden we een show. Ik kwam dan op, gekleed als een soort hippiepooier, en vertelde over nudistenfilms. Films die echt niemand goed vond! Daarna kondigde ik aan: en dan nu dames en heren, de mooiste vrouw van de wereld! En dan sprong Divine op het podium, in vol ornaat, scheurde een telefoonboek in tweeën – zoals Muscle Man, en gooide… dode makrelen in het publiek!? We hadden een gestolen politie-uniform dat we altijd meenamen. In iedere stad kozen we de leukste hippiejongen uit, en hij moest dan in dat uniform het podium opkomen en doen alsof hij ons arresteerde. Divine deed dan net alsof hij hem wurgde. Applaus. Start film!”
1. FRED WILLIAMSON
Fred heeft aan ego geen gebrek. “Ik was een mooi jochie en daardoor dachten andere jongens dat ik niet tough was. Ik moest bewijzen dat ik ook in staat was om ass te kicken. Ik ben mijn hele leven een vechter geweest. […] Als sportman was ik een held. En dat wilde ik niet kwijtraken toen ik acteur werd. We kwamen net uit de jaren zestig; zwarte mensen werden op straat nog aangevallen met honden en waterkanonnen. Er waren geen zwarte filmhelden, […] In American Football was ik The Hammer, en met The Hammer werd niet onderhandeld, je ging uit de weg of je werd van het veld gemept. Als ik je tackelde vloog je helm de ene kant op en je reet de andere.”
Zelfs Samuel L. Jackson kreeg in het interview een veeg uit de pan: “Right! Dat is toch geen Shaft? Laat me niet lachen. Mager mannetje met een geschilderde sik! Als je Shaft ziet komen, ga je uit voorzorg aan de overkant van de straat lopen. Maar voor die kerel ga je toch niet opzij?” Williamson weet: “Als je je imago loslaat, heb je nothing left to sell.” En dus gelden er, als je Fred wilt casten voor je film, drie simpele regels: “Ik win al mijn gevechten, ik ga niet dood en aan het eind van de film krijg ik het meisje, als ik haar wil.”