Erique J Rebel
Erique J Rebel
Flashback
3 augustus 2018

Rebel ruimt nog eenmaal op

Erique J RebelFLASHBACK | De jonkies zullen Erique J. Rebel (1940) waarschijnlijk niet kennen. De oudere lezers en medewerkers van Schokkend Nieuws denken met weemoed terug aan zijn weergaloze schrijfstijl en B-filmrubriek Rebel ruimt op.

De eerste vraag in deze rubriek waarin we Schokkend Nieuws-medewerkers interviewen, luidt altijd: ‘Wat is je vroegste filmherinnering?’ Erique beantwoordde die vraag al in 1998 (SN #36). Het hele artikel lees je hier, maar een citaat geeft je een voorproefje van zijn humoristische pen:

‘In de jaren direct na de Tweede Wereldoorlog had je VKK-kampen. Dat stond voor Vakantie Kinder Kolonies. Voor deze kampen werden steedse bleekneusjes tussen 5 en ca. 15 jaar bijeengeveegd die vooral in de laatste oorlogsjaren sterk ondervoed waren geraakt en in zulke kampen weer enigszins werden aangesterkt. Onder cynici en vooral onder hen, die niet voor zo’n gezonde logeerpartij in aanmerking kwamen, stonden dergelijke kampen bekend als KAK-kampen (dat voor Kinder Aansterkings Kamp heette te staan), maar de schampere toon waarop dit werd uitgesproken, maakte duidelijk dat hier iets heel anders werd bedoeld. Nochtans was het een onmiddellijk populaire vondst omdat het ons in staat stelde een vies woord te debiteren zonder dat iemand je iets kon maken.’

‘In 1946, als 6-jarige, zag ik in het VKK-huis ‘Zwartendijk’ te Egmond aan Zee mijn eerste speelfilm: DOCTOR SATAN VS. THE COPPERHEAD. Wat ‘vs.’ betekende, wist ik niet. Oudere jongetjes onder ons spraken dit uit als ’Fzzzz!’ en ‘the‘ als ‘ze’: Doctor Satan fzzzz ze Copperhead. De uitdrukking ‘Copperhead’ was mij onbekend en wie of wat ‘Doctor Satan‘ was, kon ik niet bevroeden, maar ik begreep toch dat er een arts in het spel moest zijn. Men zou dus kunnen zeggen dat de portee van deze titel goeddeels aan mij voorbijging.’

‘Dr. Satan is een krankzinnige geleerde, een in de Verenigde Staten opererende Nazi-sympathisant, die een robot ontwerpt met behulp waarvan hij de wereldheerschappij wil veroveren, aanvankelijk voor iets dat hij ‘ze Fazzerland’ noemt, maar later krijgt hij een beter idee; voor zichzelf beginnen. Een doortastende journalist komt achter zijn plannen en besluit deze te verijdelen. Hiertoe maakt hij uit kleine koperen ringetjes een masker met gaatjes voor ogen, neus en mond (een maliënkolder, dus), trekt dit over z’n kop en is voor zijn directe omgeving terstond een onherkenbare, mysterieuze wreker. Aldus listig vermomd, bestrijdt hij Dr. Satan en diens verwerpelijke handlangers en reduceert de doodenge robot tot een hoop schroot. Met de artikelen die dit avontuur oplevert‚ wint de journalist de Pulitzer Prijs voor de Journalistiek en het meisje van zijn dromen (in die volgorde). Zijn hoofdredacteur kent hem de status van ace reporter toe, verdubbelt zijn salaris en houdt van hem als een vader. Eind goed, al goed.’

Hahaha! Je eerste film en dus meteen gegrepen door het genre?

‘Ja, meteen in de roos. Het ging om MYSTERIOUS DOCTOR SATAN (William Witney & John English, 1940), een serial in vijftien delen van Republic, maar uitgebracht in een verkorte speelfilmversie. Dat was een unieke ervaring. Ik vond hem zo eng! Ik zat meestal onder tafel, maar ik kon toch horen dat hij behoorlijk spannend was. Ik heb altijd een zwak gehad voor horror, sciencefiction, fantasy, anime en thrillers en al die rommel die er omheen hangt.’

Op de Schokkend Nieuw-burelen gaat het verhaal dat je op de set van de Hammer Studios gestaan hebt.

‘Ik heb anderhalf jaar in Londen gewoond, in een souterrain aan een ontzettend drukke uitvalsweg. Dat was in 1957. Ik kwam een advertentie tegen, daar heb ik op gereageerd en ik werd aangenomen als derde assistent cameraman! Wat betekende dat ik verantwoordelijk was voor de koffie en de thee. Ik was zo groen als gras natuurlijk, 17, 18 jaar. Ze waren bezig met de originele DRACULA, ook wel bekend als HORROR OF DRACULA, van Terence Fisher. Die productie heb ik helemaal meegelopen, net als de tweede film, THE BRIDES OF DRACULA.’

‘Fisher, die wist wel hoe je een film maakt! Jezus! De hele film bestaat uit interieurs, ook de exterieurs zijn binnen gefilmd Het was een run of the mill-productie. Daar was toen niets bijzonders aan, maar als je hem nu terugziet. Verdorie, wat een meesterwerk is dat.’

Maakte je wel eens een praatje met de sterren van Hammer?

‘O God, nee! Daar was geen sprake van, en dat werd je ook heel duidelijk gemaakt. Christopher Lee, Peter Cushing, die waren toen nog heel jong. Ik had geeneens contact met de cameraman, Jack Asher. Nee, dat was taboe. Ik vond het allemaal prima, hoor. Geweldige ervaring.’

Wat deed je eigenlijk beroepsmatig?

‘Ik heb van 1963 tot 1965 de Nederlandse filmacademie gedaan. Ik wilde met zoveel mogelijk aspecten van film in aanraking komen. Daarna, van 1967 tot 1977, heb ik in het Nederlands Filmmuseum gewerkt. Directeur Jan de Vaal had me gevraagd om een foto- en filmstills-archief op te zetten dat kon wedijveren met de internationale archieven. Hij zag het zeer groot. Hij was een ontzettend moeilijke man. Overleden in het harnas. Ik heb dat werk elf jaar gedaan en toen ik wegging was er een heel behoorlijk archief: zo’n 30 à 40.000 stills. Daarna heb ik me op de fotografie toegelegd, de landschapsfotografie. Die royalty’s, daar verdien ik nog steeds mijn brood mee. Ik werkte voor twee Schotse uitgeverijen en een Londense uitgever. Die gaven boeken uit waarin een bepaald deel van Engeland uitvoerig werden behandeld in tekst en fotografie. Ik zat altijd in West-Schotland, Lake District of Snowdonia National Park in Wales. Ik kon niet autorijden, dus ik deed het allemaal te voet. Van bed & breakfast naar bed & breakfast. Een ontzettend gave tijd, maar je moest wel met meesterwerken terugkomen, het was niet alleen pure pret. Dat was nog de tijd van de analoge fotografie.’

Hoe ben je bij Schokkend Nieuws terechtgekomen?

mt_ignore: Schokkend Nieuws 1‘Ik kende Jan Doense al van toen hij 14 was. Ik was het filmstill-archief aan het opzetten en hij kwam  als kleine jongen in het Filmmuseum vragen om foto’s van genrefilms. Hij was ook zeer vasthoudend. Uiteindelijk begon ik dingen voor hem opzij te leggen. Dan belde ik hem op: Jan, ik heb weer wat en dan kwam hij aangehold. Toen ik begon heb ik eerst alle filmdistributeurs aangeschreven en gevraagd: als de film klaar is, mag ik dan het hele reclamepakket? Dat bewaar ik dan voor jullie. Nou, dat heb ik geweten! Een tent als CIC bracht dat in veertigvoud naar het Filmmuseum. En dat waren dan Rock Hudson/Doris Day-komedies! Wat moest ik daarmee? Karrenvrachten. Karrenvrachten. Maar zat er een genrefilm tussen, dan legde ik een pakket apart voor Jan. Daar was hij gek mee. Ik schreef vanaf nummer 1 in Schokkend Nieuws, 1992: een Roger Corman-film! Een persiflage op SEVEN SAMURAI – maar dan in de woestijn van Californië. Je moet wel het geduld hebben om je door sommige lariekoek heen te werken.’

Dat werd je specialisme. Je had de rubriek Rebel ruimt op, waarin je de B-, C- en Z-films besprak.

‘Ik heb een heleboel verschillende rubrieken gehad en ik heb heel wat apekool gezien. The bottom of the barrel.’ Lachend: ‘Dan kwam er weer een doos binnen van Roel Haanen met 20 of 25 films. God! Maar ik kreeg in die rubriek wel alle ruimte, en dat was van belang. Soms zat er opeens toch een goede film tussen. Ik kraakte de films ook nooit helemaal af. Ik zocht altijd naar iets waarvan ik kon zeggen: dat is toch wel leuk gedaan. Als ik al die jaargangen nu zo doorblader denk ik: heb ik die ook gedaan? Dat herinner ik me niet eens meer. Genrefilms, daar komt geen einde aan. Dat reflecteert deze uitgave ook heel goed. Het gaat maar door, het gaat maar door. In 2006 vond ik het wel genoeg geweest. Op een dag besef je: ik begin mezelf te herhalen. Nou, dan moest ik er maar eens mee ophouden.’

Van welke film kon je niet slapen?

‘Vreemd genoeg van twee films die ik als mijn topfilms beschouw. THE HAUNTING (1963) van Robert Wise en THE INNOCENTS (Jack Clayton, 1961), omdat die suggestief zo sterk zijn. Eindeloos gezien. Prachtige films. Sfeervol en gewoon echt eng. En later: THE EXORCIST natuurlijk, ALIEN, Ridley Scott, uitstekend! Laatst was ALIEN nog op televisie, ik moest hem gewoon weer zien, al is het met Lidl- en Jumbo-reclame-interrupties.’

Je bent getuige geweest van een enorme ontwikkeling in het genre. Van Hammer tot THE TEXAS CHAIN SAW MASSACRE, tot de zombiefilms…

‘Zombies, dat gaat tot op de dag van vandaag door. Er is zelfs een Nederlandse film, ZOMBIBI. Om te gillen! DE POEL, THE WINDMILL MASSACRE en de vreselijke SNEEKWEEK. O mijn God! Ik vind toch dat ik moet zien wat er in Nederland gemaakt wordt op genregebied. En Dick Maas staat natuurlijk bovenaan. Laat die man maar schuiven.’

Had je ooit een echte film-crush?

Ja, en die heb ik ook ontmoet: Sarah Miles. Ze had een relatie met mijn buurman in Londen, James Fox. Hij nodigde me een keer uit voor een feestje. Zijn broer Edward Fox, van THE DAY OF THE JACKAL, was er ook. Ik vond dat zo’n prachtig mens. Ik heb bijna alles gezien wat ze gedaan heeft: RYAN’S DAUGHTER (1970), I WAS HAPPY HERE (1966), THOSE MAGNIFICENT MEN IN THEIR FLYING MACHINES (1965). Ik heb een paar woorden met haar kunnen wisselen. Echt star struck ben ik nooit geweest. Het moet zich ook beperken tot de wereld van de cinema, ik ben geen stalker.’


Is er een film die je als kind helemaal te gek vond, maar als volwassene juist teleurstellend?

‘Nou in die categorie valt onze MYSTERIOUS DOCTOR SATAN eigenlijk wel. Als je dat nu ziet: wat een flauwekul, jongen, maar wel amusante flauwekul.’

Copyright: Barend de Voogd. Overname uitsluitend na goedkeuring van de rechthebbende. Gepubliceerd op 25 augustus 2018.

Fan van horror, sci-fi en cult?

Neem een abonnement!

Ons magazine bevat nóg meer en staat vol interviews, recensies en achtergronden.
Voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat!
Liever digitaal ontvangen? Dat kan ook!