In Rotterdam doen ze niet aan filmsterren, maar dat betekent niet dat je er geen leuke tv-interviews kunt houden. Integendeel, een kleine tien jaar IFFR hebben me een schat aan memorabele vraaggesprekken opgeleverd. Juist het ontbreken van glamour maakt Rotterdam elk jaar weer een verademing. Geen verveelde supersterren die geroutineerd hun peptalk afsteken, maar enthousiastelingen uit alle hoeken van de wereld met een gedeelde passie: de cinema.
Wel kan het uitmaken waar je gesprekspartner vandaan komt. Japan? Geweldige cinema, belazerde interviews. Niemand spreekt Engels, je aankijken is er doorgaans niet bij en vijf woorden vinden ze al een hele monoloog. Asano Tadanobu (ICHI THE KILLER) spande wat dat betreft de kroon. De populaire tienerster slaagde er in geen enkel antwoord tot een bruikbare quote te formuleren. Later hoorde ik van de vertaler dat ik nog geluk had gehad. Presentatrice Tatum Dagelet, die door een van de commerciële zenders op Tadanobu en regisseur Miike Takashi was afgestuurd, werd door de twee vierkant uitgelachen en bespot om haar onkunde. Maar wel in het Japans, zodat de Brutale Moeder geen idee had dat ze nu eens zelf in de zeik werd genomen.
Interviewlokaties zijn zelden een probleem in de Maasstad met zijn vele gezichten. Een Tiger-kandidaat? Ga je gewoon naar de Tijgerkooi van Blijdorp. Regisseur Don McKellar (LAST NIGHT) vond dat zo’n goed idee dat hij gelijk de hele dierentuin wilde bekijken. Het kostte een paar uur, maar het was wel een leuke middag. Dames zijn wat minder genegen de elementen te trotseren. Het leek leuk, regisseuse Clara Law bovenop een van Rottterdams wolkenkrabbers. Alleen waait het op die hoogte altijd, en dat is slecht nieuws voor kapsels die binnen nog prima zaten. Zo maak je geen vrienden.
Dan was Joe d’Amato heel wat meer in zijn element. De kampioen van de Eurotrash namen we voor zijn interview mee naar de laatste nog functionerende seksbioscoop van Rotterdam, de Rex. Joe vond het allemaal best, controleerde ter plekke het aanbod en ging zelfs met de eigenaar een geanimeerd gesprek aan over de voordelen van 35mm-porno in vergelijking met video. Minder blij waren de bezoekers van de Rex, die op privacy en niet op cameraploegen hadden gerekend. De tent was dan ook in een mum van tijd leeg.
De enige keer dat er voor de gezondheid van een gesprekspartner moest worden gevreesd, was toen ik de bejaarde Kinji Fukasaku over zijn schandaalsucces BATTLE ROYALE ondervroeg. Het leek me een aardig idee om dit gezien het thema van de film in een klaslokaal te doen. Naast de Doelen zit het Rotterdams Conservatorium, dus een lege klas was zo gevonden. De crew stelde op, en ik zou Fukasaku-san wel even halen. Om vervolgens met de oude baas en zijn gevolg hopeloos te verdwalen in het doolhof van gangen, trappen en liften van de Hogeschool. Toen eindelijk het juiste lokaal gevonden was, moest de hogelijk geïrriteerde regisseur eerst langdurig op adem komen, en stond het zweet in mijn schoenen. Met dat interview is het niks geworden.
MARK VAN DEN TEMPEL