Jemaine Clement maakte furore als de helft van het Nieuw-Zeelandse komische duo Flight of the Conchords. Momenteel gooit hij hoge ogen als één van de regisseurs, schrijvers en hoofdrolspelers van WHAT WE DO IN THE SHADOWS, een reality soap over…. vampiers. Het viel niet mee de drukbezette Jemaine te pakken te krijgen, maar Schokkend Nieuws zette zijn tanden erin en kreeg hem uiteindelijk in Nieuw-Zeeland aan de lijn.
Jemaine Clement schreef en regisseerde WHAT WE DO IN THE SHADOWS met Taika Waititi. In de film volgt de crew van een reality soap vier vampiers die een huis delen in Wellington, Nieuw-Zeeland. De camera’s leggen hun dagelijks leven vast. De vampiers lijken net gewone mensen die een huis delen, inclusief ruzie over wiens beurt het is om de afwas te doen en uitgebreid stappen in het weekend. Alleen lastig dat je als vampier alleen clubs in kan waar je uitgenodigd wordt naar binnen te komen, en je steeds maar weer die irritante weerwolven tegenkomt…
In deze heerlijke komedie speelt Jemaine de rol van ‘Vladislav the Poker’, met zijn 862 jaar de op-een-na-oudste vampier in het huis en bekend om zijn uitgebreide martelkamer en expertise in hypnose. Schokkend Nieuws’ Marjan Westbroek belde met de acteur/regisseur/schrijver/komiek/muzikant.
Gefeliciteerd met het succes van WHAT WE DO IN THE SHADOWS. De film kwam 18 december uit in Nederland, maar heeft al een triomftocht langs verschillende genrefestivals achter de rug. Heeft het succes jullie verrast?
‘Ja, best wel. Als je een film aan het maken bent, ben je niet zo bezig met hoe hij het gaat doen. We wisten wat we wilden maken, dat probeerden we zo goed mogelijk te doen en daarna kan je alleen maar hopen dat mensen het leuk vinden.’
Klopt het dat de film gebaseerd is op een korte film die jij en Taika Waititi in 2006 maakten?
‘Die korte film was er inderdaad, maar die was wel specifiek gemaakt om financiering los te krijgen voor een speelfilm. Dat lukte ook, maar toen kregen we het allebei ineens zo druk dat we het geld moesten teruggeven. (lacht) Achteraf is dat trouwens wel goed geweest, want met het geld dat we toen bij elkaar kregen, hadden we nooit de film kunnen maken die we nu gemaakt hebben.’
Hoe kennen jij en Taika elkaar eigenlijk?
‘We deden auditie voor dezelfde comedy show op de universiteit. Weet je hoe je iemand op het eerste gezicht meteen een arrogant shit kan vinden? Dat had ik met Taika. (lacht) Maar toen we gingen samenwerken ontdekte ik dat we enorm konden lachen samen en werden we goede vrienden. We hebben ook veel gemeen. We zijn allebei deels Maori, we zijn opgevoed door onze moeders en we komen niet uit rijke families zoals veel mensen om ons heen indertijd.’
Jullie maakten ook tegelijk carrière.
‘Ja, dat was best raar. We zaten nooit echt zonder werk, maar waren nog wel heel erg aan de weg aan het timmeren. Taika maakte een korte film [TWO CARS, ONE NIGHT – MW] en ik was bezig met Flight of the Conchords. En toen werd Taika’s film in 2005 ineens genomineerd voor een Oscar en vroeg de Amerikaanse zender HBO of Bret [McKenzie, de andere helft van Flight of the Conchords] en ik een special wilden doen. Ineens kregen we het allebei tegelijk superdruk, maar we bleven samenwerken. Ik speelde in Taika’s eerste speelfilm, EAGLE VS. SHARK. Hij regisseerde een paar afleveringen van Flight of the Conchords.’
Waarom hebben jullie voor vampiers gekozen? Heb je affiniteit met vampiers of het horrorgenre in het algemeen?
‘Oh ja, ik ben gek op vampierfilms. Altijd al geweest. Toen ik tien jaar was begon ik een gang op school en die noemde ik The Vampires. We deden plastic vampiertanden in, raceten op onze fietsjes rond en riepen naar de andere kinderen dat we hun bloed gingen drinken, in een Transsylvanisch accent natuurlijk.’
Dus eigenlijk ben je sinds je tiende al in voorbereiding voor deze film?
‘Ja, inderdaad, die accenten konden we zo weer gebruiken. (lacht) Mijn favoriete horrorfilm is trouwens AN AMERICAN WEREWOLF IN LONDON.’
Wilde je daarom ook weerwolven in deze film?
‘Dat was eigenlijk vooral een parodie op de TWILIGHT-films: Mannen zonder shirts. We hadden graag wat sexy transformatiescènes in de film gehad, maar daar hadden we helaas het budget niet voor. Maar ik hou dus wel enorm van weerwolven. We overwegen een spin-off-film te gaan maken over de weerwolfpersonages. Dat is nog niet zeker, maar we denken erover.’
Waar kwam het idee vandaan om de vampiers zo menselijk te maken in de film?
‘Het viel ons op dat je nooit vampiers in hun dagelijkse leven ziet, met gewone beslommeringen en onderlinge irritaties. Scènes zoals die waarin ze ruzie hebben over de afwas waren improvisaties uit de korte film die we nu probeerden te recreëren. We hebben af en toe wel aan mensen moeten uitleggen waarom vampiers überhaupt vuile vaat hebben, aangezien ze alleen maar bloed drinken. Dan zeggen we dat ze soms bloed uit wijnglazen drinken. En misschien gebruiken ze kommen om het bloed op te vangen voor later!’
En zoals veel mensen op leeftijd zijn deze vampiers nogal ’technologically challenged’…
‘Ja, nou, ik ben veertig en als mensen het over Instagram hebben, weet ik ook niet wat dat is. Het is zo makkelijk om achter te raken wat technologie betreft, en als je dan zo oud bent als zij… In één van de scènes die we geschrapt hebben probeerde één van de vampiers uit te leggen wat een computer is. Daar kan je wel een hele film mee vullen!’
Je zegt dat de korte film vooral geïmproviseerd was, was dat ook zo in deze film? Veel van de dialogen klinken heel spontaan.
‘Absoluut. We hadden alle scènes geschreven, dus we wisten wat er ging gebeuren, maar we gaven de acteurs alleen maar hints over wat er gezegd moest worden. Ze konden dat dus op hun eigen manier doen, in hun eigen woorden. Dat maakte het reality soap-aspect wat natuurlijker. Stuart Rutherford, die Stu speelt, is trouwens niet eens een acteur. Hij zit in het echt ook in de IT, net als zijn personage. We vroegen hem gewoon zijn baan te beschrijven als iemand hem daarnaar vroeg. En toen lieten we heel veel mensen ernaar vragen, waardoor dat onverwacht grappig werd.’
Kenden de acteurs wel het hele verhaal?
‘Nee! Totaal niet. Ze wisten alleen wat ze in een bepaalde scène moesten doen. Acteurs wiens personages het niet overleven wisten van niks. Ze werden hooguit een beetje achterdochtig. Dan zeiden we “Oké, ga nu hier liggen, en dan gieten we dit bloed over je heen…” en dan zag je ze denken, “Ik geloof niet dat dit goed af gaat lopen.” (lacht) Soms voelden we ons dan wel een beetje schuldig.’
Was het niet lastig om een film te maken in Nieuw-Zeeland terwijl je normaal voornamelijk in Amerika werkt?
‘Ja, ik werk eigenlijk helemaal niet zo veel in Nieuw-Zeeland. We hebben hier wel net een televisieserie gepitched waarin de politieagenten uit WHAT WE DO IN THE SHADOWS gevolgd worden. Als dat doorgaat regisseren Taika en ik een paar afleveringen. We zouden er ook allebei in acteren. Maar het is moeilijk om tv gemaakt te krijgen in Nieuw-Zeeland, er is erg weinig budget. Film is wat makkelijker. Mijn acteercarrière [Jemaine speelde o.a. in MEN IN BLACK 3 – MW] speelt zich voornamelijk in Amerika af. Toen WHAT WE DO IN THE SHADOWS gemonteerd moest worden, werkten Taika en ik er steeds om de beurt een maand aan. Tussendoor deden we ons andere werk. De montage was niet echt het leukste deel van de film. Door alle improvisatie hadden we zóveel gefilmd, dat we ons door honderden uren materiaal moesten werken. We hadden zo’n lol gehad tijdens het filmen, dat ik aan het eind van de opnames tegen iedereen riep: “We moeten elk jaar zo’n film maken, leuk!”. En dan zit je een jaar later nog steeds de eerste film te monteren.’ (lacht)
Waren jij en Taika het altijd eens?
‘In het begin deden we alles samen, maar uiteindelijk praatte ik bijvoorbeeld met de acteurs, terwijl Taika bezig was met de logistiek en hoe de set eruit moest zien. Meestal zijn we het wel eens. We praatten constant over alle scènes en we hadden natuurlijk de korte film al gemaakt, dus we wisten wat we wilden. Dat we ook acteerden was soms wel een beetje lastig. Als we allebei tegelijk in een scène zaten gingen we af en toe flink over the top, omdat er niemand was die zei dat het een beetje minder moest. (lacht) Gelukkig waren we old-world vampiers, dus konden we ons dat wel veroorloven. Personages als Nick (Cory Gonzalez-Macuer) moesten het anders doen. Nick is een moderne Nieuw-Zeelandse vampier, die zijn niet zo expressief.’
De scènes waar Nick door de straten rent om mensen te vertellen dat hij een vampier is, of die waarin jullie een avondje gaan stappen; zijn de mensen op straat figuranten of gewoon toevallige voorbijgangers?
‘De meesten zijn gewone mensen. De grote groep tegen wie Nick roept dat hij een vampier is, stond daar gewoon toevallig. Ze zagen de camera niet. Mocht je je ooit afgevraagd hebben wat er gebeurt als je tegen mensen roept dat je een vampier bent; dat dus. Mensen zullen je toejuichen. (lacht) We wilden dat eigenlijk veel vaker doen, gewoon om de reacties van mensen te zien, maar het kwam er niet van.’
Je hebt het over spin-offs van deze film, maar zou je überhaupt meer genrefilms willen maken?
‘Absoluut. We hebben ideeën, maar nog niets concreets. Ik heb de laatste tijd veel horror- en scifi-films gekeken. We hebben in SHADOWS alles gepropt wat we ons konden herinneren uit andere vampierfilms en toch geprobeerd iets origineels te creëren. Dat is een leuke uitdaging.’
Peter Jackson wordt bedankt op de aftiteling. Wat was zijn bijdrage?
‘Hij heeft ons camera’s en andere apparatuur geleend. Hij is een enorme steun voor Nieuw-Zeelandse filmmakers. Ik heb in geen tijden meer een Nieuw-Zeelandse film gezien waarbij hij niet op een of andere manier betrokken was. Heel aardige man. Zijn film BAD TASTE vind ik nog altijd hilarisch.’
Het is al een tijdje stil rond Flight of the Conchords. Maak je nog wel muziek?
‘We zij van plan over een half jaar weer te gaan touren in Amerika en misschien Engeland. Bret is al die tijd muziek blijven maken, waaronder de originele muziek voor de twee MUPPETS-films, maar ik heb helemaal niks muzikaals gedaan. En als je muziek wilt maken, moet je wel blijven oefenen. Het is niet zoals acteren. Ik ben er dus wel een beetje huiverig voor, maar ik heb er zin in. Het zou ook leuk zijn om weer in Amsterdam te spelen. Dat deden we een paar jaar geleden ook, al kwamen we wel op de slechtst mogelijke dag in Amsterdam aan. We vlogen van Nieuw-Zeeland naar Nederland, ongeveer dertig uur in het vliegtuig, en we kwamen aan op Koninginnedag. Alles oranje! We dachten dat we hallucineerden. We wilden alleen maar slapen, maar er stond een dj voor ons hotel, een dj naast ons hotel, een dj voor mijn kamerdeur… (lacht) Maar we hebben toch lol gehad. Ik wilde ook meteen naar Amsterdam verhuizen. Ik ben dol op fietsen, dus ik dacht dat ik in de fietshemel was beland!’