Een chimaera van een film, THE HYPERBOREANS gebruikt stop-motion, poppen, theatertechnieken, vleugjes documentaire en biopic om het bizarre verhaal van de Chileense schrijver Miguel Serrano te vertellen. Serrano was een belangrijke grondlegger van esoterisch nazisme, en was ervan overtuigd dat Hitler nog leefde op Antarctica, samen met het mythische ras van de Hyperboreeërs. Wij spraken regisseurs Cristóbal León en Joaquín Cociña na de wereldpremière van hun film op Cannes.
Voordat we beginnen, hoe ging de première? Hoe was de ontvangst?
Cristóbal León: ‘Allebei de premières gingen heel goed! We kregen goede feedback, ik heb geen negatieve kritiek gezien-’
Joaquín Cociña: ‘Ik zag een paar slechte recensies op Letterboxd.’
C.L.: ‘Oké, kom op, Letterboxd telt niet.’
J.C.: ‘Er zat commentaar tussen dat door kinderen geschreven had kunnen zijn, hoe die mensen de perszaal binnenkomen… Maar we weten dat er heel uiteenlopende reacties zullen komen, we zijn niet gek. Dit is een heel rare film.’
Deze film is een stuk komischer dan THE BONES, DER KLEINERE RAUM en zeker THE WOLF HOUSE. Waarom zijn jullie deze keer gegaan voor een luchtigere toon?
C.L.: ‘Het klopt dat THE WOLF HOUSE niet overkomt als een komedie, maar toch begonnen veel van de ideeën als grappen tussen ons twee. Deze keer hebben we enkel doorgezet met die toon. En ik denk dat het onmogelijk was om met dit bronmateriaal iets te maken wat niet absurd is. Daar is het té bizar voor.’
J.C.: ‘Wij houden van absurde ideeën. Zelfs THE WOLF HOUSE is vrij absurd, het was gebaseerd op een rechtse cult in Chili waar gruwelijke dingen gebeurde, en ons idee was om een film te maken die uit zo’n plek zou kunnen voortkomen. Wat als de cultleiders een stop-motionfilm hadden gemaakt. Dit heeft ook met onze smaak te maken. Als we niet kunnen lachen om een scène of een concept, dan beginnen we er niet aan. Ik zou zelfs zo ver willen gaan dat we altijd komedies maken. Deze is alleen wat losser.’
Het hele concept van de Hyperboreeërs, een mythisch ras van supermensen, is toch vrij obscuur. Ik had er nog nooit van gehoord. Waar kwamen jullie deze mythe tegen? In de boeken van Serrano, of ergens anders?
C.L.: ‘We kwamen het tegen toen we Serrano lazen, en daarna groeven we zelf wat dieper. Het is een heel fascinerend idee, deze Goden die boven de Noorderwind wonen. En toen gingen de nazis aan de haal met het concept. Nog voor Serrano waren er nationaalsocialistische schrijvers die zeiden dat het Duitse ras de afstammelingen van de Hyperboreeërs waren. Wij hebben het alleen absurder gemaakt.’
J.C.: ‘Maar niet veel absurder. Serrano had echt knotsgekke ideeën. Zo zei hij dat de oorspronkelijke inwoners van Peru blond waren, en dat de Spaanse kolonisten Duits bloed hadden en dus ook van Hyperboreaanse afkomst, etcetera etcetera. Hij had zijn ideologie, en zorgde er vervolgens voor dat de geschiedenis van de hele wereld in die ideologie past. Dat doen we allemaal tot op zekere hoogte. Serrano gaat alleen erg ver.’
C.L.: ‘We hebben het iets absurder gemaakt.’
J.C.: ‘Ja? Ik denk dat we echt niet veel verder dan hem zijn gegaan.’
C.L.: ‘Het einde van THE HYPERBOREANS slaat helemaal nergens op, dat bedoel ik.’
J.C.: ‘Oké, ja, dat was een tikkeltje absurder. Maar niet veel!’
Ik had voor de film nog nooit van Serrano gehoord, ik heb een me een beetje ingelezen naderhand, en zijn werk deed me denken aan L. Ron Hubbard en Scientology. Ze beschrijven allebei het ontstaan van de wereld en het menselijke ras op een zeer eigenzinnige wijze.
J.C.: ‘Het is beangstigend heel dicht al deze ideologie tegen elkaar liggen. Mensen die geloven dat de aarde plat is zijn misschien vrij onschuldig, maar dat kan je weer gemakkelijk linken aan klimaatscepsis, en dat hebben heel veel politici gewoon overgenomen.’
Ik zie dat er steeds meer komedies zoals jullie film worden gemaakt, over complottheorieën. Een ander goed voorbeeld is THE SWEET EAST van Sean Price Williams die vorig jaar hier draaide. Dat heeft natuurlijk te maken met de opkomst van allerlei extreem rechtse ideologieën. Veel van jullie films hebben te maken met de ondergrondse fascistische stromingen in Chili. Waarom is dit een onderwerp waar jullie vaker naar terugkeren?
C.L.: ‘Vanuit mijn eigen perspectief, want we zijn geen eenheid-’
J.C.: ‘Wat!? Dat is nieuws voor mij!’
C.L.: ‘Haha ja, het is echt zo! Maar ik denk dat de maatschappij in het algemeen meer racistisch en fascistisch is dan we in het algemeen denken. Dat geldt voor Zuid-Amerika, maar ook voor Nederland. Heel veel van dit gedachtegoed dragen we met ons mee. Daarom moeten we dit wel aankaarten. Dus toen we aan THE WOLF HOUSE begonnen was het idee om een geanimeerd Latijns-Amerikaans sprookje te maken, maar we wisten ook dat het over fascimse, kolonialisme etcetera zou gaan. Deze dingen vormen ons dagelijks leven.’
J.C.: Daar wil ik aan toevoegen dat Chileense kunst in het algemeen vaker over politiek gaat. Wij twee horen ook bij die traditie. Dat gezegd hebbende, ik kan het niet al te serieus nemen. Want dan neem je al snel de rol van de priester over, die tegen de massa zegt wat goed is en wat fout is. En ik denk niet dat elke film die we gaan maken per se over politiek moet gaan, maar nu zit er gewoon wat meer aan de voorgrond.’
C.L.: ‘Ik denk dat de laatste jaren ook hebben laten zien hoe fragiel onze democratieën zijn. De reactie van het Westen op wat er gebeurd in Gaza toont hoe weinig concepten zoals vrijheid of mensenrechten betekenen. Het zijn illusies, en de illusies zijn aan het verdampen. Volgens mij kaart de film dat gedeeltelijk aan.’
Nog een laatste vraag, iets concreter. Jullie zitten zelf in de film, als twee grote hoofden gemaakt van papier-maché die actrice Antonia Giesen advies geven. Jullie werken al jaren met allerlei vormen van kunst en materialen, dus ik vroeg me af; hebben jullie die hoofden voor de film gemaakt, of lagen die gewoon al ergens in de studio?
C.R.: ‘Ja, ze lagen inderdaad al in de studio.’
Haha dat vermoedde ik al!
C.R.: ‘Ze waren bedoeld voor de laatste tentoonstelling van THE WOLF HOUSE in Santiago. Een gedeelte van THE WOLF HOUSE is opgenomen tijdens een soort exhibitietour, dus toeschouwers zaten te kijken terwijl wij werkten.’
J.C.: ‘Een van die tentoonstellingen was in Amsterdam, in een galerij genaamd Upstream Gallery… schrijf alstublieft op dat we hallo tegen Niek zeggen!’
C.R.: ‘Oh ja, hallo Niek! Voor de laatste show dachten we dat het leuk was om een diorama te maken hoe wij aan het werk waren, alsof het een natuurhistorisch museum was. Dus we maakten deze twee grote koppen. We hebben ze ook gebruikt voor THE BONES. Misschien moeten we ze nu eens laten rusten.’
J.C.: ‘Nee, nooit! Nouja… Deze hoofden zijn nu al ruim zes jaar in roulatie, en na nog een paar jaar ouder worden wordt het misschien wat genant.’
C.R.: ‘We kunnen ook steeds oudere koppen blijven maken. Of twee extreem bejaarde koppen, dan lijken wij wat jonger als we ernaast staan.’