Kill Switch ps 1 jpg sd low 2017 Entertainment One
Kill Switch ps 1 jpg sd low 2017 Entertainment One
Nederhorror & scifi
27 mei 2017

Interview met Kill Switch regisseur Tim Smit

Kill Switch ps 1 jpg sd low 2017 Entertainment OneIn 2009 maakte Tim Smit, student natuurwetenschappen, wereldwijd furore met zijn home grown YouTube-hit WHAT’S IN THE BOX? Tweeënhalf miljoen kijkers en acht jaar later is er nu zijn lange, internationale speelfilmdebuut KILL SWITCH. Schokkend Nieuws sprak met de Nijmeegse regisseur.

Het kan raar lopen. Was Tim Smit begin 2009 nog gewoon een Nijmeegse student natuurwetenschappen, aan het eind van dat jaar was hij ineens een internationaal gerespecteerde regisseur. De reden? Zijn viral YouTube-hit WHAT’S IN THE BOX? – een negen minuten durende scifi-film die Smit samen met vriend Thibaut Niels in de achtertuin draaide en vervolgens op zijn laptop digitaal bewerkte. Gemaakt als testfilm voor het Nijmeegse filmfestival Go Short, is die energieke first person shooter nog altijd een feest om te zien. Met veel oog voor detail plaatst Smit de kijker midden in de beleving van zijn hoofdpersoon, een wetenschapper die gewapend met een mysterieuze zwarte box gemaskerde soldaten en kwaadaardige drones te lijf gaat.

WHAT’S IN THE BOX? werd een hit. Ruim tweeënhalf miljoen mensen zagen de film op YouTube en Smit kreeg volop aandacht in de media. Wie was toch die gozer die met een budget van honderdvijftig euro zo’n professioneel ogend filmpje kon maken? De game community dacht aanvankelijk dat het nieuw materiaal van de populaire videogame HALF-LIFE betrof. Ook in Hollywood vroegen ze het zich af. De video stond nog niet online of alle grote studio’s hingen aan de lijn – of Smit al had nagedacht over een lange film?

Tim Smit Copyright Gerard Verschooten

Tim Smit (foto: Gerard Verschooten)

Na een achtjarig proces van meetings en pitches, is die internationale speelfilm dan eindelijk af. KILL SWITCH (vanaf 1 juni in Nederland te zien) is een negentig minuten durende versie geworden van WHAT’S IN THE BOX?, over NASA-wetenschapper Will Porter (gespeeld door Dan Stevens, bij SN-lezers bekend dankzij THE GUEST en BEAUTY AND THE BEAST) die werkt aan de oplossing voor een nijpende energiecrisis, terwijl hij in een alternatieve schaduwwereld door robots en activistische rebellen wordt achtervolgd.

WHAT’S IN THE BOX was een wereldwijd succes. Toch duurde het acht jaar voordat KILL SWITCH af was. Vanwaar die lange periode?
“Dat heeft verschillende redenen. WHAT’S IN THE BOX? was een enorme hype. Dat was natuurlijk geweldig, maar het legde de lat ook meteen torenhoog. Ik heb toen met verschillende Amerikaanse producenten gesproken, maar met de meeste zat ik gewoon niet op een lijn. Zo kwamen we in een situatie terecht waarin er overal interesse was, maar niemand iets wilde toezeggen – en dan loop je al snel een paar jaar te zeulen met je film. Dat duurde eigenlijk tot Dan Stevens, wiens ster dankzij THE GUEST en DOWNTOWN ABBEY rijzende was, ja zei. Met hem aan boord wilde producent FilmNation verder en toen ging het ineens snel: vijfenhalve week later stonden we al op de set.”

Kill Switch st 1 jpg sd high 2017 Entertainment One

Wat was je ambitie met KILL SWITCH?
“Ik wilde vooral de ideeën uit WHAT’S IN THE BOX? verder ontwikkelen – dat was immers een testfilm voor het grotere werk geweest. KILL SWITCH moest dus een negentig minuten lange first person shooter worden, guerrillastijl in Nederland gedraaid en met alle visuele effecten van mijn hand. Conceptueel was dat heel ambitieus en achteraf ben ik daar ook wel naïef in geweest. Ik bedoel: ik kende het productieproces goed, maar op deze schaal – dat was toch overweldigend. Je bent ineens verantwoordelijk voor allemaal crewleden en acteurs die naar jou voor sturing kijken. Dat is toch echt wel anders dan bij mij thuis in Nijmegen een filmpje in elkaar zetten. Het is dus een heel intens proces geweest, zeker ook omdat we maar achttien draaidagen hadden. Toch zou ik het niet anders hebben gedaan. Ik zie KILL SWITCH ook een beetje als zowel mijn toelatings- als eindexamenproject voor de Filmacademie.”

Het is in ieder geval een andere Nederlandse film dan we gewend zijn.
“Ja, sciencefiction! Eeuwig zonde dat daar niet meer van bestaat. Een van de charmes van WHAT’S IN THE BOX? was voor mij dat je het Nederlandse straatbeeld er zo duidelijk in herkent. Draaien in Nederland was dus een absolute eis. Of dat problemen opleverde? Soms was het lastig om vergunningen of andere facilitaire zaken te regelen. Wanneer Tygo Gernandt bijvoorbeeld op de vlucht slaat voor een kwaadaardige drone, moet hij zich een weg banen langs allemaal vastgeketende fietsen. Die stonden daar al geparkeerd, maar we kregen simpelweg geen toestemming om ze weg te halen. Balen dacht ik eerst, maar ik heb ze nu gebruikt als Nederlands symbool. Dat soort details maken de film uniek.”

Amsterdam heeft een prominente plek. Het viel me op dat je op verschillende toeristische plekken hebt gefilmd. Hoe krijg je de Dam bijvoorbeeld zo leeg?
“Dankzij een guerrillafilmtrucje, dat we ook al bij WHAT’S IN THE BOX? toepasten: de opnames na een groot evenement plannen. De stad is dan zowel zonder verkeer als vol met troep en afval – perfecte condities voor dystopische sci-fi. Die scène op de Dam hebben we de ochtend na de Gay Pride gedraaid. Met Tygo zijn we toen naar de Dam getrokken, hopend dat er niet te veel mensen zouden zijn. Uiteindelijk heb ik er her en der nog wel wat moeten wegpoetsen, maar ik ben erg tevreden over het resultaat.”

Kill Switch st 3 jpg sd high 2017 Entertainment One

Bij WHAT’S IN THE BOX? deed je al de visuele effecten zelf. Deze keer ook?
“Tachtig procent van de visuals heb ik zelf gemaakt, gewoon thuis in Nijmegen op mijn laptop. Dat koste me ongeveer achttien maanden aan een stuk door werken. Voor de grap heb ik er ook een time lapse van gemaakt. Je ziet me daarin me zelf steeds meer verwaarlozen – nagelbijten, mijn haren worden dunner. Die postproductie was uiteindelijk de grootste opgave van de film, want het is dagen achter elkaar ploeteren. Je kan dan ineens om zes uur ’s ochtend wakker worden en tot twaalf uur ’s avonds doorwerken. Of tot diep in de middag doorslapen om vervolgens de hele nacht achter je scherm te zitten staren. Dat wil ik de volgende keer anders doen.”

Daarbij was het je lange regiedebuut. Hoe was het op de set?
“Dat was geweldig, al keek ik er in eerste instantie tegenop. Vooral voor de acteurs zou het namelijk een hels karwei worden – en ik moest ze door dat hele proces heen loodsen. Negentig procent van wat zich in beeld afspeelt is immers digitaal, als acteur heb je helemaal geen zicht op wat waar gebeurt. Op de set heb ik dus de hele tijd met een megafoon geluiden loopt schreeuwen. Zo van: ‘Bam! Bam! Bam! Daar komt een ruimteschip aan! Nu wegduiken naar links, want er ontploft iets!’ Daarbij moesten ze vanwege het first person shooter-perspectief ook nog eens in de camera acteren – een levenloos object dat je geen enkele emotie teruggeeft.”

En dat FPS-prespectief is in films niet vaak gedaan. Heb je ook advies ingewonnen?
“Na het zien van FRANKENSTEIN’S ARMY heb ik met regisseur Richard Raaphorst gesproken over het gebruik van het first person-cameraperspectief. Richard zat boordevol tips, maar al grappend waarschuwde hij me ook om het niet te doen. Niets is zo moeilijk, verzekerde hij me aan het eind van ons gesprek. In Hollywood heb ik via mijn agent Jan de Bont ontmoet. Ik zat toen nog met het scenario in mijn maag en Jan wilde me er wel mee helpen. Voeg alleen maar elementen toe die jou aanspreken, was zijn tip. Zodra je te veel dingen gaat doen waar je niet achterstaat, verzuip je in zo’n megaproductie. Na die ontmoeting ben ik inderdaad weer teruggegaan naar mijn oorspronkelijke uitgangspunt: het first person shooter-perspectief en duurzame energie als thema van het verhaal. Dat was uiteindelijk toch waarom ik die film wilde maken.”

Wat waren je inspiraties?
“Oh, van alles eigenlijk. DISTRICT 9 en ROBOCOP heb ik vanwege hun dystopische toekomstscenario’s goed bestudeerd. Ik ben een groot fan van de FPS-videogame HALF-LIFE. En die scène uit de eerste TERMINATOR, waarin we de wereld vanuit het perspectief van de T-800 beleven, is nog altijd fascinerend om te zien. Wat Nederlandse films betreft, vind ik vooral POLONAISE interessant, een Telefilm van Nicole van Kilsdonk. Die presenteert ook een absurde toekomstvisie waarin het fileprobleem zo is gegroeid dat er op snelwegen alternatieve automaatschappijen zijn ontstaan. Heel grappig en fantasievol gedaan.”

Kill Switch st 2 jpg sd high 2017 Entertainment One

DISTRICT 9-regisseur Neil Blomkamp begon trouwens ook met een korte online-film, waarna hij carte blanche kreeg voor zijn debuut. Gareth Edwards werkte op zijn laptop thuis aan MONSTERS en stootte vervolgens door naar Hollywood. Nu jij met een internationale sciencefictionfilm. Nemen de VFX-tovenaars het langzaamaan over van de klassiek geschoolde regisseurs?
“Haha, dat is inderdaad opvallend, maar ik denk het niet. Waar het uiteindelijk om gaat is of je een verhaal kunt vertellen. Het enige voordeel dat wij VFX-artists hebben, is dat we makkelijker en goedkoper een hogere productie value kunnen creëren. Daar houden producenten natuurlijk van, haha! Ik wil me trouwens op geen enkele manier met Gareth Edwards vergelijken, hoor. Wat hij nu allemaal doet met GODZILLA en STAR WARS, daar durf ik niet eens van te dromen!”

Waar droom je wel van? Wat kunnen we van je verwachten in de toekomst?
“Na dit grote avontuur wil ik vooral weer wat korte films draaien. Gewoon om weer eens met van allerlei digitale trucjes te experimenteren. Daarnaast ga ik proberen het FPS-concept van KILL SWITCH verder te ontwikkelen tot een virtual reality-ervaring. VR is inmiddels zo ver, dat je er volgens mij ook genrefilms in kunt maken. Dat lijkt me geweldig: een subjectieve film, waarin je midden in een verhaal geplaatst wordt en letterlijk hetzelfde ervaart als de hoofdrolspelers. Dat is de volgende droom.”

KILL SWTICH draait vanaf 1 juni in de bioscoop. 

Vind je dit een goed artikel? Steun Schokkend Nieuws! Onze onafhankelijke website bestaat dankzij vrijwillige schrijvers en enthousiaste, gulle lezers. Iedere donatie is welkom en helpt ons te investeren in meer interviews en bijzondere filmverhalen. Bedankt!

Fan van horror, sci-fi en cult?

Neem een abonnement!

Ons magazine bevat nóg meer en staat vol interviews, recensies en achtergronden.
Voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat!
Liever digitaal ontvangen? Dat kan ook!