20 01 07 Suicide Club DEF
20 01 07 Suicide Club DEF
Voorpret
7 januari 2020

Japanse Horror

20 01 07 Suicide Club DEFVOORPRET | Vanaf 9 januari komt de pruttelende geest Kayako weer van de trap gewandeld in de nieuwe THE GRUDGE (Nicolas Pesce, 2020). De JU-ON/GRUDGE reeks kent inmiddels meer dan tien hoofdstukken, inclusief drie Amerikaanse films. De hoogste tijd om eens te kijken naar wat andere Japanse horrorfilms.

In 1998 liet Takashi Shimizu in twee korte films de wereld kennismaken met de spastische gorgel-geest Kayako en haar miauwende spookzoontje Toshio. Na twee langere films kwam Takashi Shimizu in 2002 met het bekendste hoofdstuk, de bioscoopfilm JU-ON: THE GRUDGE en maakte in 2004 zelf de Amerikaanse remake met Sarah Michelle Gellar in de hoofdrol. Inmiddels is hij niet meer actief bezig met de serie, maar de spoken gaan gewoon door. Zo ging Kayako in 2016 nog op de vuist met het geestmeisje uit RINGU in SADAKO VS. KAYAKO (Kôji Shiraishi) en elf jaar na THE GRUDGE 3 (Toby Wilkins) is er nu een nieuwe Amerikaanse versie. Omdat er veel meer Japanse horrorfilms zijn dan THE GRUDGE, hierbij een paar andere interessante horrorwerkjes uit Japan. Zónder Kayako.

SUICIDE CLUB (Sion Sono, 2001)

De eigenzinnige en succesvolle regisseur Sion Sono is een duizendpoot als het op genres aankomt. Hij is wellicht het meest bekend door zijn vier uur durende epos LOVE EXPOSURE (2008), maar ook zijn stap in de horrorwereld is zeker de moeite waard. In 2001 maakte hij SUICIDE CLUB (originele titel: JISATSU SÂKURU), een film met een voortreffelijke openingsscène waarin ruim vijftig middelbare-schoolmeisjes op een station elkaars hand vastpakken en tegelijkertijd voor de trein springen. Deze gebeurtenis lijkt een serie zelfmoorden in gang te zetten en de politie staat voor een raadsel. In 2005 maakte Sono zelf een prequel op de film getiteld NORIKO’S DINNER TABLE (NORIKO NO SHOKUTAKU).

NOROI: THE CURSE (Kôji Shiraishi, 2005)

De found footage-horrorfilms kwamen na het succes van THE BLAIR WITCH PROJECT als paddenstoelen uit de grond. En natuurlijk maakten de Japanners een van de engste films in dit subgenre. NOROI van regisseur Kôji Shiraishi doet zich voor als een twee uur durende documentaire en in tegenstelling tot veel found footage-films is NOROI volledig gemonteerd, inclusief nieuwsbeelden en televisiefragmenten. In de film zien we een filmmaker die in de wereld van de paranormale verschijningen duikt en steeds vreemdere dingen tegenkomt, met een ijzingwekkende climax tot gevolg. Na NOROI had regisseur Shiraishi schijnbaar de smaak te pakken en maakte nog verscheidene found-footage films, waaronder OKARUTO (2009), SHIROME (2010) en CHÕ AKUNIN (2011). Maar zo goed als NOROI werd het niet meer.

A SLIT-MOUTHED WOMAN (Kôji Shiraishi, 2007)

Naast found footage maakt regisseur Kôji Shiraishi (GROTESQUE) ook traditionele horrorfilms. Hij begon zijn filmcarrière met de JU-ON ripoff, getiteld JU-REI (2004), maar mocht in 2016 de echte Kayako regisseren in SADAKO VS. KAYAKO. En hoewel die best lollig is, voor een meer onderhoudende spookfilm zie je zijn A SLIT-MOUTHED WOMAN (originele titel: KUCHISAKE-ONNA, ook wel bekend als CARVED) uit 2007. Het is gebaseerd op een bekend Japans broodjeaapverhaal over een vrouw met opengesneden mond, die kleine kinderen meeneemt. In haar handen draagt ze een gigantische schaar waar de dubbelgangers uit US jaloers op zouden zijn en ze stelt haar slachtoffers steevast dezelfde vraag: ‘Ben ik mooi?’ Een jaar later kreeg de film een prequel onder de noemer THE SCISSOR MASSACRE van regisseur Kôtarô Terauchi.

HAZE (Shin’ya Tsukamoto, 2005)

Een stuk minder traditioneel is het werk van grootmeester Shin’ya Tsukamoto. De bekendste titel op zijn veelzijdige filmografie is de bekende cyperpunkfilm TETSUO: THE IRON MAN (1989), een film van net zestig minuten, maar wel uitputtend in al zijn hysterie. Zijn film HAZE uit 2005 heeft eveneens een korte speelduur, waarvan de langste versie net 50 minuten duurt (zijn oorspronkelijke versie duurde nog geen half uur). Die korte speelduur is ergens fijn, want HAZE is een intense, claustrofobische nachtmerrie. In de film ontwaakt een man – gespeeld door Tsukamoto zelf – in een hele krappe ruimte. Bewegen is bijna onmogelijk en telkens als hij beweegt, komt hij nog meer vast te zitten. Het moment dat de man met zijn tanden langs een stalen pijp moet schrapen is heerlijk weerzinwekkend. Daar kan geen wit-geschminkt spookmeisje tegenop.

RUBBER’S LOVER/ 964 PINOCCHIO (Shozin Fukui)

Tsukamoto had voor TETSUO: THE IRON MAN in 1989 een regieassistent genaamd Shozin Fukui. Deze eigenzinnige filmmaker had toen al twee korte experimentele films gemaakt, maar zijn echte werk moest nog komen. Dat werk kwam in 1991 met zijn eigen lange speelfilm 964 PINOCCHIO (ook wel bekend als SCREAMS OF BLASPHEMY), over een robotische seksslaaf, die ontslagen wordt omdat hij kampt met erectieproblemen. In 1996 kwam hij met z’n tweede lange film getiteld RUBBER’S LOVER, een zwart-wit film over wetenschappers die mensen van straat plukken om op te experimenteren. Beide films zijn intens, krankzinnig, schreeuwerig, energiek en vooral uniek. Fukui heeft verder in beide films weinig tot geen momenten ingebouwd dat je als kijker even naar adem kunt happen, waardoor je voor deze films een enorm uithoudingsvermogen moet hebben. Fuck conditietrainingen in de sportschool, dít is pas topsport.

TOKYO GORE POLICE (Yoshihiro Nishimura, 2008)

Een stuk toegankelijker, maar alsnog knotsgek als de pest is TOKYO GORE POLICE (Originele titel: TÔKYÔ ZANKOKU KEISATSU). In deze splatterfilm van Yoshihiro Nishimura neemt een speciaal politieteam het op tegen mutanten. Als gevolg vliegen de ledematen je om de oren en komen de meest unieke en groteske creaties voorbij. Een zeemeermin met een krokodillenbek als staart, een menselijk hondje met vier zwaarden als poten of een gevecht met kettingzagen waar Ash en Leatherface een minderwaardigheidscomplex van zouden oplopen; het zijn slechts enkele voorbeelden van wat je naar je kop geslingerd krijgt in bijna twee uur. Dus ben je die trage en saaie Japanse geestdames even zat, bij TOKYO GORE POLICE weet je één ding zeker: vervelen is geen optie.

 

Fan van horror, sci-fi en cult?

Neem een abonnement!

Ons magazine bevat nóg meer en staat vol interviews, recensies en achtergronden.
Voor slechts 35 euro valt-ie 6x per jaar op je mat!
Liever digitaal ontvangen? Dat kan ook!